Eerst als journalist voor HP en het NIW in Israël, waar hij met zijn vrouw Lotti en eerste kind woonde. Daarna als wetenschapper, als sociaal psycholoog en als redacteur en redactiesecretaris van het Tijdschrift voor Psychotherapie. Vanuit het blad Forum van het Psychoanalytisch Genootschap startte Hans samen met Hein de Jong en Jan Scheffer het Tijdschrift voor Psychoanalyse. Bij de oprichting werden zeven Nederlandse en Vlaamse verenigingen betrokken, en het Tijdschrift was zodoende een belangrijk vormend element voor de ontwikkeling van de psychoanalyse in de Lage Landen. Hij werd de eerste hoofdredacteur van 1995 tot 2002 en zette als geen ander de norm neer voor de kwaliteit van publicaties. Het was niet snel goed genoeg, maar hij was ondersteunend en motiverend in zijn redactiewerk. Zijn ‹Redactionelen› waren boeiend actueel en soms prachtig en op andere momenten ook nog wat cryptisch, alsof hij niet echt kon opschrijven wat hij dacht. Hij werd later in zijn schrijven steeds explicieter, minder ‹ondergedoken›. Zijn Redactionelen zijn gebundeld bij zijn afscheid, in Afstand en nabijheid.

 

Van 2003-2008 was Hans voorzitter van de gezamenlijke wetenschappelijke commissie van de toen nog drie Nederlandse wetenschappelijke verenigingen. Daarnaast had hij tot op hoge leeftijd een drukke psychoanalytische praktijk, was hij lid van de ‹schaamteclub› onder leiding van Louis Tas en schreef hij diverse boeken en artikelen in binnen- en buitenlandse tijdschriften. Hij deed ook redactioneel werk voor het International Journal of Psychoanalysis en Group Psychotherapy.

 

Hans werd daarbij immer ondersteund door zijn intelligente vrouw Lotti. Zij beheerde zijn agenda, typte zijn stukken, redigeerde mee en deed de boekhouding, zorgde voor de misjpoge en het huishouden. Hans was ook zeker een familieman, liefst de krant lezend te midden van hen allen.

 

Ik leerde Hans kennen als docent groepstherapie en gespreksvoering op het IWA, het Instituut voor Andragologie. Hij wilde promoveren op de Rattenman en nodigde daartoe Petra Kaas en mij uit, beiden destijds kandidaat-assistent, om deel te nemen aan een ‹Freud-groepje›. Het was 1974, de tijd dat de psychoanalyse al niet meer wetenschappelijk werd gevonden en vooral niet relevant. Daar was men het wel over eens in de marxistische kringen van die tijd. Voor ons was het een boeiende en vormende ervaring op de zolder in de Waalstraat, altijd voorzien van koffie en lekkers door Lotti. Uitgaande van de Gevalsbeschrijvingen hield Petra zich bezig met Freuds methode van theorievorming; ik inventariseerde de gevalsbeschrijvingen van Freuds hysteriepatiënten en de ontwikkelingen daarin. Hans’ promotie in 1993 bij Bram de Swaan en Paul Schnabel ging uiteindelijk over de professionalisering van het beroep, Naar een nieuw beroep: psychotherapeut in Nederland. Petra hielp met de redactie ervan en werd later de zeer gewaardeerde redactiesecretaris en eindredacteur van het Tijdschrift voor Psychoanalyse. Ik werd zijn collega, binnen en buiten de professionele wereld ontmoetten wij elkaar, vrienden tot aan het eind.

 

Hans was een eigenzinnig mens, een denker, een lezer en een schrijver. Hij was wars van clichés en kon het niet laten het dominante discours ter discussie te stellen, altijd op zoek naar het begrijpen van de dynamiek om hem heen en in hem. Trouw aan de waarheid, als ideaal. Hij voelde zich het meest thuis in het orthodoxe jodendom. Hoe verder hij in zijn leven kwam hoe expliciet joodser hij werd. De dag na zijn dood (bijna 86 jaar oud) werd hij naast Lotti begraven op Muiderberg, zoals zijn kinderen en kleinkinderen zeiden: als trotse jood. Hij heeft een prachtige familie nagelaten.

 

 

Noot

1.         Afstand en nabijheid, Boom 2002; De professionalisering van de psychotherapie (proefschrift), Bohn Stafleu Van Loghum 1993; Redactionelen Tijdschrift voor Psychoanalyse; Het gevaar van de joodse erfenis, Bert Bakker 2008; Diverse artikelen in het International Journal of Psychoanalysis, Group Psychotherapy, Groepstherapie, Tijdschrift voor Psychotherapie en Psychoanalyse en Forum.