Uit het hoofdartikel, van de internationaal gerenommeerde expert uit Leuven, prof. dr. Patrick Luyten, blijkt dat de psychoanalyse een sterke inhaalbeweging heeft gemaakt op het vlak van wetenschappelijk onderzoek. De empirische onderbouwing van de effectiviteit van psychodynamische therapie hoeft niet onder te doen voor de andere psychotherapievormen. Bovendien blijken langer durende varianten van psychodynamische therapie kosteneffectief te zijn. Luyten houdt een pleidooi voor de ontwikkeling van een empirische onderzoeksattitude in de opleiding van psychoanalytische therapeuten. Zie ook het gratis artikel.
De bijdrage van Kimberly Van Nieuwenhove en Liza Notaerts is door onze redactie positief onthaald. Een redactielid merkte op: ‹De lezer ontdekt een kritische benadering met betrekking tot de problematische kanten van single case onderzoek [de zogenaamde N=1-studie]. Tegelijkertijd geeft het artikel zicht op manieren van operationaliseren van klachten en symptomen [zoals bijvoorbeeld de verhouding ten aanzien van macht en de onmogelijkheid om (voor zichzelf) te spreken]. Daarmee leggen de auteurs zich niet neer bij praktisch onmogelijk haalbare eisen die verbonden zijn aan empirisch onderzoek, maar openen met dit artikel een perspectief op hoogst intelligente en vernuftige strategieën om empirisch onderzoek met behulp van single case studies mogelijk te maken. Het betreft hier een denkwijze die volstrekt nieuw is binnen het ons vertrouwde denken over psychoanalyse, een volkomen nieuw geluid›.
Het artikel van Benedicte Lowyck over verschuivingen in zelf- en objectrepresentaties bij patiënten met persoonlijkheidsstoornissen in het kader van een klinische psychotherapie is helder en klinisch relevant voor zowel psychoanalytisch therapeuten als psychoanalytici die werkzaam zijn in de klinische praktijk. 
Uit het onderzoek van Bartak en Van Grieken blijkt dat patiënten vooral hun eigen kracht in de therapie willen ontdekken en versterken om zodoende hun leven buiten de therapie (nieuwe) vorm te kunnen geven. Ze willen een veel actievere rol en inspraak krijgen in het therapieproces.
Ten slotte beschrijft Frans Schalkwijk in zijn essay een naturalistische benadering die de lezer zal aanspreken: Hoe komt een psychoanalyticus tot onderzoek? Welke problemen ervaart hij hierbij? Hoe komt de samenwerking met andere disciplines tot stand? Hij brengt een realistisch verhaal dat prikkelt om met onderzoek bezig te zijn. In een volgend nummer zullen we meer vernemen over de resultaten van zijn onderzoek.
Verder in dit nummer ook de rubrieken Histories, Scènes, Naast de Bank, Verslagen en Boeken.