Lichamelijkheid en affect bij psychosomatiek
Summary
In this article on the treatment of psychosomatic disorders in children, the impact of bodily felt countertransference on the patient’s facility for primitive affective communication is described. Countertransference feelings are an important indicator for the confusing and often foreclosed affects of the patient. If the therapist can contain the feelings foreclosed by the patient, then these feelings can be reintegrated by the patient in a less overwhelming and hence more constructive and meaningful way.
Two aspects of psychoanalytic psychotherapy with psychosomatic patients require attention. First, there is the process of coming to feel the vital and living body as an affective object. Second, there is the finding of meaning for this affectively sensed body. In both aspects, body and language are interwoven.
The present article illustrates these two aspects in the therapeutic processes concerning two children, both suffering from psychosomatic illness, but with different traits: the one neurotic, the other borderline.
Literatuur
- Alvarez, A. (1993), Live Company. Psychoanalytic Psychotherapy with autistic, borderline, deprived and abused Children. Routledge, London/New York.
- Alvarez, A. (1996), Different uses of the countertransference with neurotic, borderline and psychotic patients. In: J. Tsiantis (Ed.), Countertransference in psychoanalytic psychotherapy with children and adolescents. Karnac Books, London, p. 111-123.
- Anzieu, D. (1976), L’enveloppe sonore du Soi. Nouvelle Revue de Psychanalyse française, 13, p. 161-179.
- Assoun, P.-L. (1983), Freud et la femme. Calmann-Lévy, Parijs.
- Bercherie, P. (1992), Apropos des troubles somatiques de fin de cure. Psychanalyse à l’Université, 17, p. 27-53.
- Brakel, L. (1993), Shall drawing become part of free association? Proposal for a modification in psychoanalytic technique. Journal of the American Psychoanalytic Association, 41, p. 359-394.
- Breton, D. le (1995), Anthropologie de la douleur. Métailié, Parijs.
- Claes, E. & G. Cluckers (1994), Het einde van een psychotherapie als ervaring van gemis en verlies. Belichting vanuit het concept ‘depressieve positie’ van Melanie Klein. In: G. Cluckers (Red.), Gemis en verlies vanuit psychoanalytisch perspectief. Garant, Leuven/Apeldoorn, p. 61-86.
- Cluckers, G. (1989), Containment in de therapeutische relatie: de therapeut als drager en zingever. In: H. Vertommen, G. Cluckers & G. Lietaer (red.), De relatie in therapie. Universitaire Pers, Leuven, p. 49-64.
- De Tollenaere, M. (1975), Naar de oorsprong van de taal. Tijdschrift voor Wijsbegeerte, 16, p. 185-207.
- Devisch, R. (1993), Weaving the Threads of Life. The gyn-eco-logical healing cult among the Yaka. Chicago University Press, Chicago.
- Devisch, R. (1995), L’engendrement libidinal du sens en milieu Yaka du Zaïre. Religiologiques, 12, p. 83-110.
- Erskine, A. & D. Judd (1995), The Imaginative Body: Psychodynamic Therapy in Health Care. Jason Aronson, Northvale.
- Flavigny, R. (1987), La langue maternelle. Dyade, échoïsation et idiolecte. Psychanalyse à l’Université, 13, p. 609-626.
- Giovacchini, P. (1993a), Treatment Issues with Borderline Patients and the Psychosomatic Focus. American Journal of Psychotherapy, 47, p. 228-254.
- Giovacchini, P. (1993b), Borderline Patients, the Psychosomatic Focus and the Therapeutic Process. Jason Aronson, New York.
- Green, A. (1983), La mère morte. In: A. Green, Narcissisme de vie, narcissisme de mort. Minuit, Parijs, p. 229-253.
- Hermann, I. (1936), Sich anklammern, auf-Suche-gehen. Internationale Zeitschrift für Psychoanalyse, 22, p. 349-37.
- Jacobs, T. (1990). The Use of the Self. Counter-transference and Communication in the analytic Situation. International Universities Press, Madison.
- Jonghe, F. de, P. Rijnierse & R. Janssen (1992), The Role of Support in Psychoanalysis. Journal of the American Psychoanalytic Association, 40, p. 475-499.
- Kramer, S. & S. Akhtar (1996), When the Body Speaks: Psychological Meanings in Kinetic Clues. Jason Aronson, Northvale.
- Manzano, J. (1985), Les modèles infantiles du transfert psychosomatique. Bulletin de la Société Suisse de Psychanalyse, 20, p. 2-11.
- Maroda, K. (1991), The Power of Countertransference. Innovations in Analytic Technique. John Wiley & Sons, Chichester.
- Maroda, K. (1995), Projective Identification and Countertransference Intervention: Since Feeling is First. Psychoanalytic Review, 82, p. 229-248.
- Martens, F. (1984), Effet Placebo et Transfert. Psychanalyse, 1, p. 38-58.
- McDougall, J. (1989), Theatres of the Body. A Psychoanalytic Approach to Psychosomatic Illness. Free Association Books, London.
- Meurs, P. (1989), De vrouwelijkheid in de recente Franse psychoanalytische literatuur. Niet uitgegeven licentiaatsverhandeling klinische psychologie, Faculteit der Psychologie en Pedagogische Wetenschappen, KU Leuven, onder leiding van prof. dr. J. Corveleyn.
- Meurs, P. & J. Corveleyn (1990), Oude vragen, nieuwe antwoorden. Recente Franse psychoanalytische literatuur omtrent vrouwelijkheid. Psychoanalyse, 6, p. 109-120.
- Meurs, P. & G. Cluckers (1996), Lichamelijkheid en affect bij psychosomatiek. Tijdschrift voor Psychoanalyse, 2, p. 68-83.
- Meykens, S. & G. Cluckers (1996), Kindertekeningen in ontwikkelingspsychologisch en diagnostisch perspectief. Acco, Leuven.
- Monthaye, M. (1994), Lichaamswerk in psychotherapie: van structuur naar inhoud. In: G. Cluckers (Red.), Andere therapeuten, andere wegen. Variaties op het thema Ik-Steun. Garant, Leuven/Apeldoorn, p. 103-126.
- Nathan, T. (1994), L’influence qui guérit. Odile Jacob, Parijs.
- Natterson, J. (1991), Beyond Countertransference. The Therapist’s Subjectivity in the Therapeutic Process. Jason Aronson, Northvale.
- Nicolaïdis, N. (1979), Le Message de la Différence. Revue française de Psychanalyse, 43, p. 409-419.
- Pirotte, V. (1993), ‘Ik voel, ik voel wat jij niet voelt.’ Het concept ‘projectieve identificatie’: een theoretische situering en praktijkillustratie. Niet uitgegeven specialisatieverslag voor de postgraduaat opleiding in psychodynamische kindertherapie, onder leiding van prof. dr. G. Cluckers, Faculteit der Psychologie en Pedagogische Wetenschappen, KU Leuven.
- Plassmann, R. (1993), Organwelten: Grundriss einer analytischen Körperpsychologie. Psyche, 47, p. 261-282.
- Rosolato, G. (1969), Essais sur le Symbolique. Gallimard, Parijs, p. 287-305.
- Roux, M.-L. (1984), Corps affectés et désaffectés. Revue française de Psychanalyse, 48, p. 1473-1484.
- Schaefer, C., H. Millman & G. Levine (1995), Therapies for Psychosomatic Disorders in Children. Jason Aronson, Northvale.
- Schapp, W. (1953), In Geschichten verstrickt: Zum Sein von Mensch und Ding. Klostermann, Frankfurt-am-Main.
- Schotte, J. (1993), Onuitgegeven cursusnota’s van de colleges Bijzondere Vraagstukken in de Sexuele Psychopathologie, licenties Familiale en Sexuologische Wetenschappen, KU Leuven. (Academiejaar 1992-1993: De paroxysmale mens in het werk van L. Szondi).
- Smis, W. (1989), Schilderen in psychotherapie: op zoek naar betekenis en gebruik. Tijdschrift voor Orthopedagogiek, Kinderpsychiatrie en Klinische Psychologie, 19, p. 176-186.
- Spezzano, C. (1993), Affect in Psychoanalysis. A clinical Synthesis. The Analytic Press, Hillsdale.
- Stiers, H. & G. Cluckers (1996), Kindertherapie in elk gezin? Indicatiestelling voor individuele kinderpsychotherapie vanuit gezinsdynamisch perspectief. Tijdschrift voor Psychotherapie, 22, p. 227-243.
- Vergote, A. (1966), Psychoanalyse en filosofische antropologie. In: W. Huber, H. Piron & A. Vergote (Red.), Psychoanalyse, wetenschap van de mens. De Nederlandsche Boekhandel, Antwerpen, p. 123-218.
- Verschueren, R. (1994), Tekening en sexueel trauma bij kinderen. Tijdschrift voor Orthopedagogiek, Kinderpsychiatrie en Klinische Kinderpsychologie, 20, p. 12-24.
- Vliegen, N. & G. Cluckers (1996), Waar wegen scheiden... Pijn en rijkdom van separatiemomenten in psychodynamische kinderpsychotherapie. Kinder- en Jeugdpsychotherapie, 22, p. 177-194.
© 2009-2024 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden