Repliek op de commentaren van Nelleke Nicolai en Ronny Vandermeeren
Samenvatting
Psychoanalytisch werken zonder reflecties van collega's is ondenkbaar. Beide commentaren tonen hoe men in vrijheid kan spelen met het ingebrachte materiaal, waardoor nieuwe betekenissen zich vormen.
Vandermeeren stelt dat de eerste contacten enorm rijk kunnen zijn aan inhoud. Al direct bij aanvang van de therapie zien we de moeite die de patiënte heeft met ruimte innemen. Bij binnenkomst positioneert ze zich in de ruimte door haar stoel frontaal voor mij neer te zetten. Haar verlangen om de therapeutische ruimte te bezetten — te overstemmen — lijkt gekoppeld te zijn aan gevoelens van diepe existentiële schaamte. Waarmee meteen voelbaar wordt hoe de scènes uit haar kinderjaren lijfelijk zijn ingeschreven. De schaamte kan nog niet gerepresenteerd worden, waardoor er een zwijgend herhalen is van haar relationele geschiedenis. Ze vertelt dat ze haar klachten tracht te reduceren door de dagen bewegingloos in de stoel door te brengen omdat ieder lijfelijk bewegen onrust brengt.
Onderzoek van Fonagy en zijn medewerkers wees uit dat mentaliseren niet gedijt in relaties gekenmerkt door emotionele verwaarlozing. Haar moeder kon destijds soms begripvol reageren, maar haar op een ander moment plots uitlachen. Boos worden was zinloos en spreken gevaarlijk. Hierdoor ging ze zich naar binnen richten. Ze zegt: ‹Ik had geen stem›. Dit terugtrekken kan worden begrepen als een defensieve terugtrekking uit de mentale wereld (Allen e.a. 2008), in reactie op haar gehechtheidstrauma.
Op een later moment in de therapie komt moeder opnieuw ter sprake. De patiënte vertelt dat ze zich herinnert dat haar moeder in slaap viel als zij als kind iets aan haar vertelde. Dat vond ze vreselijk, alsof ze er niet toe deed. Op die momenten was de verbinding verbroken en sprake van een teruggeworpen zijn op het eigen Zelf.
Nicolai spreekt over een spiegelpaleis. De moeite die de patiënte heeft om zich in de ander te verplaatsen is voelbaar in het therapeutisch contact. In de eerste sessie word ik uit mijn evenwicht gebracht door de traumatische sporen en heb ik moeite om mij in haar te verplaatsen, waardoor ik onbedoeld haar angst voor afwijzing ensceneer.
Het doet me ook denken aan de psychic retreats die Steiner (2015) beschrijft: ‹Patiënts can withdraw to escape from unbearable gaze because an inner space has opened up into which they can disappear and at the same time they avert their own gaze, turning it to the floor and inwardly [...]. They can avoid both seeing and beeing seen›.
De ontreddering op het moment dat de patiënte zich doorgeprikt voelt, is nauwelijks te verdragen. Ze beschrijft een dergelijke ervaring toen ze in een eerdere therapie vertelde over het misbruik. De blik van de therapeute ervaarde ze als moreel geladen en de daaropvolgende pijnlijke stilte leek eindeloos. Op dat moment kon ze door de grond zakken van schaamte. In de relatie met haar vriend was zijn blik onverdraaglijk. Door zijn blik leek ze zich onwaardig te voelen. Ze reageerde als in een automatisme door zich te onderwerpen. Sartre (1943, 2003) schrijft: ‹De ander hoeft maar naar me te kijken en ik ben dat wat ik ben›. Ze raakte ‹verslaafd aan seks›, en haar lichaam reageerde als automatisch op seksuele prikkels. De lust leek te zijn afgesplitst, waardoor er eerder sprake was van lust in gedepersonaliseerde vorm. Zoals in het intro van Japin (2007): ‹Eens kijken of dit echt is […] dit leven van me›.
Het verwarrende effect van schaamte werd zichtbaar bij de patiënte in haar tegenstrijdige gevoelens over het zelf initiatief nemen. Ze was niet in staat om zichzelf serieus te nemen. Hoe kan er dan een begrijpen van de ander zijn? De verbinding ontbrak wederom en ze verloor zichzelf in de ander. Op dergelijke momenten was de patiënte niet meer in staat om haar gedachten te onderscheiden van de ander met zelf-anderdiffusie tot gevolg, zoals Vandermeeren schrijft.
In ons contact is er geen ontsnappen aan. Het lijkt alsof ze door haar fixerende blik wil bewerkstelligen om — in dit ontmoeten — serieus genomen te worden, zodat wegglippen onmogelijk is. Nicolai noemt de blik penetrerend. In de herhaling van deze gevoelens staat de angst centraal dat ze mogelijk ook te behoeftig is tijdens de sessies en ik er uiteindelijk ook genoeg van zal krijgen.
Dan is er de droom waarbij ik in slaap val na een kus op de wang van de patiënte. Bij het wakker worden liggen we op een matras naast elkaar. Door de binnenkomst van een derde kom ik in contact met mijn tegenoverdrachtelijke schaamte. Tegelijkertijd word ik door de kus ook uitgeschakeld. In de uitschakeling zit mogelijk ook de agressie en hiermee een poging tot controle verhuld. Alleen wordt de agressie gecamoufleerd en staat de onderliggende angst centraal dat ik misschien wel net zo onvoorspelbaar kan reageren als moeder destijds.
De droom deed me denken aan Winnicotts (1971) potential space waarbij door de droom een beweging op gang werd gebracht die het mogelijk maakte dat zowel de patiënte als de therapeut konden ontsnappen aan de fixerende blik. Een beweging die mij gevoelig maakte voor haar schaamte via de droom en waardoor ik de stap kon maken om de wereld van de patiënte te betreden. Door bewustwording van de schaamte en deze een plaats proberen te geven in therapie kan er een relationele ruimte gecreëerd worden waardoor er een gedeeld vermogen ontstaat om te groeien. Om aan te sluiten bij Eigen (2011): ‹I don't know, wait. There's more to learn. Let's make opening for learning›.
Zoals Vandermeeren schrijft is een analytisch proces onderhevig aan angst en weerstand. De blik speelt een cruciale rol en steeds opnieuw zal er in de sessies aandacht moeten zijn voor verborgen betekenissen die vragen om een voortdurende receptieve houding van de therapeut. Hierdoor kan er bij de patiënte een verlangen aangeraakt worden om de schaamte en het isolement te doorbreken, zodat er ruimte kan ontstaan voor nieuwe ervaringen.
Ik wil patiënte bedanken voor haar toestemming om het materiaal te publiceren.
Literatuur
- Allen, J.G., Fonagy, P. & Bateman, A.W. (2008). Mentaliseren in de klinische praktijk. Amsterdam: Uitgeverij Nieuwezijds.
- Eigen. M. (2011). Faith and transformation — Eigen in Seoul, Volume 2. Abingdon: Taylor & Francis.
- Japin. A. (2007). De overgave. Amsterdam-Antwerpen: De Arbeiderspers.
- Sartre. J.P. (2003). Het zijn en het niet — proeve van een fenomenologische ontologie. Rotterdam: Lemniscaat. Vertaling van L' être et le néant: essai d' ontologie phénoménologique. Paris: Gallimard, 1943.
- Steiner. J. (2015). Seeing and being seen — Shame in the clinical situation. International Journal of Psycho-analysis, 96, 1589-1601.
- Winnicott, D.W. (1971). Playing and reality. London: Tavistock.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden