Autisme — Uitdagend raadselachtig
Samenvatting
De Vlaamse Vereniging voor Psychoanalytische Therapie had het lef om ter gelegenheid van haar vijfentwintigste verjaardag een studiedag te organiseren rond de controversiële betekenis en waarde van psychoanalytische psychotherapie voor patiënten met een stoornis in het autistisch spectrum. (Ik schrijf ‹lef›, indachtig de soms zeer negatieve reacties op het werk van Bruno Bettelheim, de tragische figuur die een prachtig boek schreef onder de titel The empty fortress, maar door enkele ex-patiënten aangeklaagd werd om de extreme behandelingen in zijn Orthogenic School).
Verslag van
Het raadsel autisme: psychoanalytische psychotherapie? [Kortenberg, 20 mei 2011]
Hoofdspreker van de dag was Anne Alvarez, maar eerst gaf Ilse Theys een beknopt overzicht van de vele vragen over de definitie van de stoornis, de tegenstrijdige theoretische verklaringen van het ontstaan en de myriade aan mogelijke behandelingen. Ze noemde de ‹grote› namen in het psychoanalytische veld: Reid, Alvarez, Houzel, Rhode, Ogden en, op de achtergrond, Tustin, Meltzer, Bick en Bion, en ze stipte het brain imaging onderzoek van Shore aan over het belang van emotionele resonantie en modulatie bij het tot stand komen van regulatie. Met enkele uitspraken van haar vijftienjarige patiënt Rik gaf Theys een ontroerende illustratie van de raadselachtigheid die zich laat gevoelen in de klinische praktijk. ‹Ik merkte telkens weer hoe groot zijn verlangen naar contact was en hoe verwarrend de vele stoorzenders waren die dat contact belemmerden.› En zo legde ze een verbinding met de rest van de dag: hoe kunnen we met psychoanalytische psychotherapie faciliteren dat de mentale wereld van onze ‹autistische› patiënten (een beetje) ruimer wordt?
Anne Alvarez gaf meteen een kordaat antwoord met haar eerste lezing over de nodige aanpassingen van de psychoanalytische techniek, én aanpassingen van de psychoanalytische attitude. Om met dat laatste te beginnen: welke theorie/techniek we ook hanteren, het belangrijkste uitgangspunt is onze tegenoverdracht, stelt Alvarez. Hoe non-communicatief het gedrag van de patiënt ook ‹lijkt›, telkens weer is onze nieuwsgierigheid naar de betekenis van onze tegenoverdracht een eerste stap. Dat maakt het mogelijk om de interactie met de patiënt steeds als een levende en veranderende relatie te zien, hoe ‹levenloos› en ‹objectloos› de ander ook lijkt. De gelijkenis met de attitude van de ‹vroege› moeder is daarbij helpend. Hou je stem levend, zegt Alvarez, denk aan de ‹motherese› en zorg dat je vooral niet te intrusief wordt (met je psychoanalytische ijver om te snel betekenis te duiden in de veronderstelling dat er al sprake is van een denkend apparaat in de zin van Bion); varieer in ‹up-regulating› en ‹down-regulating› van je alertheid (niet te veel en niet te weinig) en bedenk dat de patiënt reageert op je tegenoverdracht. Blijf gericht op het innerlijk object van de patiënt. Gebruik geen ‹trucjes› maar durf te improviseren. Denk niet te snel in termen van afweer en symboliek; autistische patiënten zijn niet zozeer ‹withdrawn› als wel ‹undrawn›. Vergeet niet dat autistische patiënten moeite hebben met begrippen als tijd, ruimte en oorzakelijkheid. De ‹what-ness› van een ervaring moet eerder aan bod komen dan de ‹why-ness›.
Haar presentatie ging niet over techniek — Alvarez was techniek. Daarmee illustreerde ze haar stelling dat techniek ondersteund dient te worden met een ‹theory of person›, niet een ‹theory of mind›.
Haar tweede lezing begon tot mijn grote plezier ongeveer als volgt: ‹In de theorievorming bestaat het «psychoanalytische» lichaam blijkbaar alleen uit penissen, vagina's, borsten en anussen … maar heeft dat lichaam eigenlijk ook voeten?!› Alvarez hield een bijna betoverend verhaal over het belang van beweging, lopen, houding en motoriek; ze pleitte voor hernieuwde sensitiviteit voor de normale ontwikkeling van de motoriek. Ook hier kon Alvarez een theoretische visie verbinden met techniek in de behandeling. Wees omzichtig met je eigen motorische activiteit; doe je dat niet, dan laten de patiënten jou het werk doen en blijft hij passief; luister en kijk naar hun motoriek en uitspraken over hun motoriek vanuit een houding ‹every bit of you is lovable›.
In de discussie werd Alvarez gevraagd naar de grote gemene deler van haar attitude en techniek. Ze antwoordde met het lastig te vertalen ‹quiety in density› (intense concentratie in rust?) en een houding van ‹reclamation› (actief ontginnen/terugwinnen). De eerste middaglezing, Autisme: hoe een bevroren diagnose ontdooien?, was van Ludi Van Bouwel. De metaforen in die titel kregen een overweldigende start met een filmpje van de aria O solitude (‹The cold genius song›) uit Purcells King Arthur, gezongen door Andreas Scholl (terug te vinden op YouTube). De ijzige, vervreemdende uitvoering liet ieder in de zaal meetrillen en associëren op ervaringen van doodsheid, angstig opgesloten zijn in een leeg-koude omgeving zonder echo. Van Bouwel bracht hiermee de oude discussie voor het voetlicht over de verhouding tussen autisme en psychose. Na een kort historisch overzicht van de theoretische inzichten vanaf Bleuler en Freud tot nu, introduceerde Van Bouwel de ‹autistisch-contigue positie›, een positie die Ogden nog eerder plaatst dan de paranoïde-schizoïde en de depressieve. Volgens Van Bouwel gaat het hier om de meest primitieve organisatie, die de sensoriële vloer van de ervaring van het zelf tot stand brengt. Ze eindigde met een verwijzing naar de drie functies die Pierre Delion voorstelt als opeenvolgend in de ontwikkeling: de forische (iemand ‹draagt›), semaforische (iemand ‹verdraagt›) en metaforische functies (iemand verdraagt de ‹overdracht›). Van Bouwel legde de nadruk op het belang van de steunende functie van het team. Al langer viel me op dat de Vlamingen een prachtige vertaling gebruiken voor Bions containment, namelijk: dragen. Het dragende team.
Filip De Volder had de lastige opdracht om een rijk gevulde dag af te sluiten met zijn verhaal ‹over koudbloedigen en de psychoanalytische relatie›. Mooi aansluitend bij de koude-metaforen in de lezingen van de vorige sprekers, gebruikte De Volder het begrip ‹permafrost›: het verschijnsel waarbij vanwege een vrijwel permanente temperatuur onder het vriespunt de bodem slechts zelden, en dan alleen kortstondig en slechts in de bovenlaag, tekenen van ontdooiing en activiteit vertoont. Hoe het voelt om gedurende enkele jaren in een intensieve psychotherapie met een jonge puber — later adolescent — in contact te (willen) komen in de hoop iets voor hem te kunnen betekenen liet De Volder ons aan den lijve ervaren. In dichterlijke vaktaal, met aangrijpende momenten uit de interactie, besprak De Volder de soms overrompelende ‹impact› van de ‹levenloze› presentatie, de ‹falende transitionele objecten› (patiënts preoccupatie met hagedissen), het verschil tussen ‹containen› en ‹reclamation› en het langzame proces van protospel naar fantasie. Het was een hartverwarmende presentatie als afsluiting van een studiedag die een perspectief bood voor de betekenis van psychoanalytische psychotherapie bij autistische toestanden: ‹the very sense of (becoming) and being alive› (vrij naar Alvarez).
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden