Over het vernieuwen van de opleiding tot psychoanalyticus
Samenvatting
Ladan houdt in zijn bijdrage een pleidooi voor een universitaire opleiding op masterniveau die voltijds plaatsvindt en aandacht schenkt aan empirisch onderzoek. Het organiseren van de opleiding op een academisch niveau zou de samenwerking met naburige wetenschappelijke disciplines vergemakkelijken. Op die manier zou de psychoanalyse als beroep verankerd kunnen worden in de reguliere gezondheidszorg. De opleiding tot het beroep van psychoanalyticus zou dan automatisch ook de opleiding tot psychoanalytisch psychotherapeut inhouden. Ladan bepleit een afschaffing van de opleidingscommissies en stelt de oprichting van een Consilium Psychoanalyticum voor. Zijn kritiek richt zich vooral op de Nederlandse situatie met drie rivaliserende verenigingen die alle hun opleiding baseren op het Eitingon-model. Het model dat Ladan voorstelt, lijkt enigszins op de in Vlaanderen bestaande postgraduaatopleiding in de psychoanalytische psychotherapie, die universitair georganiseerd wordt maar een deeltijdkarakter heeft. Het verschil tussen dit postgraduaat en de opleiding bij de Belgische Vereniging voor Psychoanalyse ligt vooral in de eigen psychoanalyse, die in de opleiding tot psychoanalyticus de spil vormt. Ik vraag me af welke plaats Ladan inruimt voor de eigen psychoanalyse (therapeutisch, didactisch) in zijn opleidingsvoorstel en hoe deze georganiseerd wordt. Welke student kan de eigen opleidingsanalyse betalen? In een universitair georganiseerde opleiding worden de theorie en de onderzoeksmethodologie wellicht beter onderwezen, maar hoe moet dat met kerncomponenten als de eigen psychoanalyse en de supervisies?
Het verlangen om psychoanalyticus te worden kwam bij mij tot stand doordat ik me ontevreden voelde over de kwaliteit van mijn klinisch werk als psychiater (te hectisch, te oppervlakkig, te weinig creatief) en meer diepgang zocht. In de loop van mijn eigen psychoanalyse is de wens gegroeid om zelf ook psychoanalyse te doen. We dienen vragen te stellen bij de wetenschappelijke aard van de psychoanalyse. De psychoanalyse is het onderzoeksdomein bij uitstek van de subjectiviteit en de intersubjectiviteit; ze interesseert zich vooral voor de ontmoeting met het verrassende, het onverwachte, het Unheimliche, datgene wat niet te voorspellen is, het eigene. En wat zich aandient, is vaak verwonderlijk schandaleus, beschamend, agressief en schuldbeladen. Het gaat niet enkel om datgene wat vanzelf spreekt maar vooral om wat men wil verzwijgen. Is dit, het meest wezenlijke van de psychoanalyse, wel meetbaar en empirisch onderzoekbaar? Het belangrijkste probleem voor de psychoanalyse in onze tijd is dat er een onverzoenbaarheid bestaat tussen haar beeld van de (inter)menselijke werkelijkheid en dat van het heersende klimaat in de sociale wetenschappen. Ladans voorstel opent de mogelijkheid om de geestdrift van jonge mensen te wekken voor het fascinerende gedachtegoed dat de psychoanalyse heeft gebracht. Daarin kan ik hem volgen; zijn voorstel verdient reflectie en opent een nieuwe weg naar het psychoanalytische beroep voor jonge mensen en geïnteresseerden uit andere sectoren. Maar riskeren we in deze opzet niet dat ervaren therapeuten afgesneden worden van de toegang tot de opleiding omdat ze aan de eis van het voltijds deelnemen aan een universitaire studie niet kunnen voldoen? Precies omdat het beroep van psychoanalyticus een klinisch beroep is, dat niet ontwikkeld kan worden zonder praktijk in de geestelijke gezondheidszorg, is het verkieslijk dat de opleiding zijn deeltijdkarakter behoudt. En loopt men overigens in een universitaire opleiding niet het risico dat hoogleraren en docenten met een onderzoekscarrière klinische kennis zullen doorgeven terwijl ze zelf weinig ervaring hebben met hoogfrequente bankanalyses en zich slechts matig voor klinisch werk interesseren? Slechts uitzonderlijke persoonlijkheden zijn in staat academisch carrière te maken, regelmatig te publiceren, dit te combineren met een substantiële analytische praktijk en ook nog tijd vrij te houden voor het gezin en de eigen persoonlijke ontplooiing.
Zoals Ladan, meen ik dat de opleiding tot psychoanalyticus aan vernieuwing toe is. Dit mag echter niet leiden tot een erosie van de eigen psychoanalyse of van de klinische ervaring. Mijn standpunt is meebepaald door het Franse opleidingsmodel, eigen aan onze vereniging: ik werd pas tot de opleiding toegelaten nadat ik een lange psychoanalyse had doorgemaakt. Dit geldt nog steeds voor de jonge collega's in mijn vereniging.
In een eerdere bijdrage (Hebbrecht 2008) schreef ik dat de psychoanalyse nieuwe wegen aanlegt die de verkenning van ongekende innerlijke landschappen mogelijk maken. Enkele van deze wegen werden aangelegd samen met naburige disciplines: neurowetenschappen, cultuurwetenschappen, filosofie, babyobservatie. Psychoanalytici dienen zich verder te profileren als vrije mensen, die staan voor het ware spreken en zich niet conformistisch onderwerpen aan de maatschappelijke druk om te bewijzen dat de eigen methode effectief is om respectabel te zijn. De analyticus zal iemand blijven die bij voorkeur in stilte werkt, in de marge, een buitenstaander, iemand die discretie waarborgt en de universele neiging tot zelfbedrog, die eigen is aan onze psyche, in het licht stelt. Hij kan ook niet zomaar met iedereen in discussie gaan over wat hij hoort. Interdisciplinaire dialoog is niet onmogelijk maar wordt wel bemoeilijkt door de aard van ons werk. Vertrouwelijkheid is immers een onmisbaar vereiste, zonder dit is ons werk niet mogelijk. De analyticus zal zich blijven opstellen als een bondgenoot van het ware en authentieke zelf, dat voortdurend in beweging en ontwikkeling is. Niet alles hoeft gezegd te worden, onze diepste kern communiceert niet. Alleen wanneer deze analytische basisvoorwaarden gewaarborgd blijven, kan de klassieke psychoanalyse een zinvolle onderneming blijven. De analyticus kan dit niet los zien van een omgeving die goed genoeg is om groei, rijping en ontwikkeling mogelijk te maken. De psychoanalyse dient zich open te stellen voor, te reflecteren op en een houding te geven tegenover de kritiek die vanuit de omgeving op haar afkomt. De vraag is echter hoe ze kan overleven in een destructieve omgeving.
Persoonlijk heb ik weinig tegen Ladans voorstel, maar ik betwijfel of dit in het huidige tijdsgewricht realistisch is. Zijn kenschetsing van de psychoanalyse als hobbyclub voor bejaarden getuigt van een bijzondere humor, maar ik herken het beeld niet: als ik kijk naar onze kandidaten in België en Nederland, zie ik vooral jonge, mooie dames. En de oudere dames in onze vereniging zien er nog bijzonder jong uit!
Literatuur
- Hebbrecht, M. (2008). Nieuwe wegen in de psychoanalyse. Tijdschrift voor Psychotherapie, 34,187-198.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden