Schrijven tegen de leegte
Samenvatting
Psychotic temptation is een moeilijk te lezen boek, om een aantal redenen die ik hier zal noemen. Allereerst opent de recent overleden schrijfster, Liliane Abensour, een Franse psychoanalytica van Marokkaanse afkomst, die psychotische patiënten behandelde, het boek met de meest moeilijke thema's en begrippen uit de psychoanalyse waar het de genese van de psyche betreft. In de loop van het boek worden de onderwerpen wel wat toegankelijker en lijken zij eerder inleidingen te zijn op de moeilijke thema's van het begin. Après coup wordt de openingstekst duidelijker, maar dan moet je wel eerst het hele boek doorwerken. Het gebeurt natuurlijk wel vaker dat de lezer bij het vorderen van de tekst steeds meer gaat begrijpen, maar in Psychotic temptation is de begindrempel wel erg hoog. Pas toen ik het laatste deel over creativiteit las, begon ik enigszins te begrijpen wat Abensour in het eerste deel had verteld over de oorsprong (van de mens in psychologische zin). De lezer raad ik dan ook aan tegendraads te zijn en met lezen achteraan in het boek te beginnen en in een kreeftengang het boek door te werken: eerst The delusional temptation and imaging thinking dan A space for psychosis: from writing to psychoanalytic psychodrama, om uit te komen bij het begin The time of psychosis: from ‹actual› to ‹present› dat opent met The question of origins. In deze volgorde zal de lezer minder moeilijkheden ondervinden het boek te doorgronden, want hoe je het ook wendt of keert, het blijft een hermetisch boek. Dat is ook niet zo verwonderlijk want het gaat immers om een niet makkelijk te begrijpen onderwerp als de psychotische binnenwereld.
Bespreking van
Liliane Abensour (2013). Psychotic temptation. Hove/New York: Routledge. ISBN 97 0 415 67322 8, 165 pp., £ 23,99
Hoe komt dat toch dat de psychose zo moeilijk onder woorden te brengen is, zelfs door ervaringsdeskundigen die hun belevingen op schrift hebben gesteld? Heeft het ermee te maken dat er bij de psychose geen sprake is van verdringing? Komt het misschien doordat het onbewuste open en bloot voor onze psychoanalytische voeten ligt en wij er met onze neurotische oren geen raad mee weten? Volgens Abensour is dat laatste geenszins het geval; het onbewuste is juist het effect van de verdringing en die treedt niet op bij de psychose. Is dan misschien het vermogen tot symboliseren dusdanig verstoord dat het met anderen delen van de interpretaties van de werkelijkheid is geblokkeerd? Hierover wordt door de auteur met geen woord gerept, terwijl zij als praktiserend analytica in Parijs heel goed wist dat de verstoorde symbolisatie bij de psychose een hot item in lacaniaanse kringen was, waar zij ongetwijfeld kennis van heeft genomen.
Hoe ziet Liliane Abensour de psychose dan wel? Zij ziet het psychotische subject als een persoon met een grote psychische leegte, waarin geen geheugensporen zijn getrokken en waarin geen beleving van tijd bestaat. Alles bij de psychoticus vindt plaats in het hier en nu, zonder herinnering, zonder toekomstperspectief. Een grote aaneenschakeling van ‹nu's› die geen verbinding hebben met eerdere ‹nu's›. Er is geen sprake van continuïteit met de afwisseling van discontinuïteit zoals die zich bij neurotici voordoet. Freud heeft voor dit proces van de afwisseling van discontinuïteit en continuïteit heel toepasselijk voor zijn tijd de metafoor van de toverlei (‹Wunderblock›) gebruikt, en tegenwoordig zouden wij hiervoor zonder aarzeling de computer gebruiken: wanneer wij een tekst deleten (verdringen) dan zal een computerdeskundige (psychoanalyticus) die tekst toch weer uit het geheugen tevoorschijn kunnen halen (psychoanalyse).
Zo heeft de psychoticus ook geen weet van zijn eigen ontstaan, misschien nog wel in biologische zin maar zeker niet in psychische zin en dat is zeer beangstigend: een directe confrontatie met zijn leegte.
Psychotic temptation is klassiek freudiaans te noemen en dat is des te merkwaardiger omdat er na Freud psychoanalytici zijn geweest die meer dan de vader van de psychoanalyse hebben nagedacht over de psychose. Met name denk ik aan de stadsgenoot van Abensour, Jacques Lacan, over wie zij met geen woord rept.
En dan nog iets over de titel Psychotic temptation: welke verleiding kan met de psychose in verband worden gebracht? Gaat het om ongelimiteerde vrijheid om je driften uit te ageren? Zijn de jaren zestig en zeventig weer teruggekeerd? Wordt de psychotische wereld voorgesteld als de ultieme fantasiewereld? Ik vermoed niet dat de schrijfster in deze richting dacht, maar het wordt in haar tekst ook niet duidelijk wat er zo aantrekkelijk zou zijn aan de psychose. Wel zou het kunnen zijn dat de auteur alludeert op het thema van de genese, dat de psychoticus verleid wordt zichzelf uit te vinden, telkens weer opnieuw. Door over zichzelf te schrijven, door schilderijen te maken of door symptomen te produceren om het gevaar af te wenden in een peilloze leegte te verdwijnen. Gezien de strekking van Psychotic temptation zou dat het oogmerk van Abensour geweest kunnen zijn. Daarin is zij wel geslaagd en dat maakt dit moeilijke boek tevens boeiend.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden