Sade revisited
Samenvatting
Het Gentse Geuzenhuis vormde het decor van een studiedag van vormingsinstituut Idesça en het Gezelschap voor Psychoanalyse en Psychotherapie (GPP) gewijd aan de Markies de Sade. Hoewel de studiedag een stevige psychoanalytische lijn aanhield, kruidden boeiende uitstapjes naar de psychiatrie, de sociologie, de kunst- en theaterwetenschappen en de filosofie de veelzijdige lezingen en de gepassioneerde debatten. Het aanwezige publiek kon proeven van een gevarieerd Sade-menu, dat de veelzijdigheid van zijn bijzondere oeuvre (en de brede receptiegeschiedenis ervan) treffend illustreerde.
Verslag van
Van Sade tot sadisme [Gent, 22 mei 2013]
Jens De Vleminck (Universiteit van Gent, Belgische School voor Psychoanalyse en Vlaamse Vereniging voor Psychoanalytische Therapie) stak van wal met een reflectie over de betekenis van Sade voor Richard von Krafft-Ebing en Freud. Hij lichtte toe op welke manier Krafft-Ebing — de founding father van de seksuologie — het concept ‹sadisme› in 1890 introduceerde in zijn Psychopathia Sexualis (1886). Deze ‹bijbel van de psychopathologie› beïnvloedde Freud bij het ontwikkelen van de eerste twee edities van zijn Drie verhandelingen over de theorie van de seksualiteit (1905, 1910). De Vleminck argumenteerde dat deze kruisbestuiving veel verder reikt dan Freud zelf expliciet heeft aangegeven. Zo generaliseert Freud ongenuanceerd Krafft-Ebings onderzoekstraject van het sadisme als een vast ‹antoniemenpaar› met het masochisme (De Vleminck 2013). Ook zijn van Freuds graduele benadering van de pathologie, als louter kwantitatief verschillend van de normaliteit (het zogenaamde ‹kristalprincipe›), reeds de eerste aanzetten bij de ‹vader van de seksuologie› aanwezig.
Katrien Vuylsteke Vanfleteren (Hogeschool Gent/School of Arts) verkende de wondere wereld van de twintigste-eeuwse Franse filosoof, romanschrijver en allround artiest Pierre Klossowski. Deze intellectuele duizendpoot dweepte met Sade en schreef onder meer Sade mon prochain (1947). In haar voordracht belichtte Vuylsteke Vanfleteren Klossowski's intrigerende theaterstuk Roberte, ce soir (1953). Hierin gaat het hoofdpersonage Octaaf op zoek naar de ware essentie van zijn vrouw Roberte en meent dat deze schuilgaat in haar absolute genot. Om die reden vaardigt hij De wetten van de gastvrijheid uit, een document dat toelaat Roberte te prostitueren aan de gasten van hun huis. Het mag echter niet baten, want Roberte blijft zwijgen. In dit theaterstuk waarin de blik domineert, is Octaaf een pervert in de lacaniaanse zin van het woord. Hij wil geen genoegen nemen met het tekort van la femme Roberte. Hij wil het verloren genieten toch verschaffen en La Roberte vinden. Tevergeefs natuurlijk …
Socioloog Gert Hekma (Universiteit van Amsterdam) bepleitte meer aandacht voor het sadisme binnen het sociologisch onderzoek. Sinds eind vorige eeuw zijn verscheidene seksuele minderheden opgestaan om voor erkenning en destigmatisering te streven: lesbiennes, homo-, bi- en aseksuelen. Wie er in het rijtje ontbreekt zijn de sadisten (en met hen de masochisten). Maar waarom? Volgens Hekma is dit te wijten aan het momenteel dermate dominante model van het gelijkheidsideaal, waar de SM-relatie nu net niet aan voldoet. Toch kan SM ook ‹safe, sane en consenso› zijn. Daarom moet het sadisme uit de DSM, uit de onderwereld en in de openbaarheid, aldus de socioloog (Hekma 2009).
Na Freud werd ook aan Jacques Lacan een voordracht gewijd. Psychoanalytica Giorgia Dewitte (GPP) spitste zich in haar uiteenzetting toe op Lacans opvatting van het sadisme, met name in Séminaire Livre VI: I L'éthique de la psychanalyse (1959-60). Volgens Lacan is sadisme de radicale en naturalistische bevrijding van de mens. De sadist is vrij van elk onderscheid met de Ander, want hij wordt één met deze Ander. De sadist is verlost van elke wet, want volgens hem is alles mogelijk en moet niets. Maar, zo argumenteerde Dewitte met Lacan, dit sadeaanse project is gedoemd te mislukken. Het is hier dat de psychoanalytische ethiek binnenkomt, en opnieuw de noodzakelijke afstand introduceert, zo stelde ze.
Sade-specialist Lode Lauwaert (Katholieke Universiteit Leuven) zorgde voor het hoogtepunt. In zijn lezing belichtte hij Sade, samen met Blanchot (Frans filosoof, schrijver en literatuurcriticus van begin vorige eeuw) in drie gedaantes: [1] Sade de Terrorist, wiens geschriften zich in een ‹niemandsland› situeren tussen radicale negatie en het gebrek aan enige affirmatie; [2] Sade de eerste Post-Modern, wegens de manier waarop hij de mens in zijn werk decentraliseert en als transcendent en introspectief wezen de plaats laat innemen van God; [3] Sade als de schrijver bij uitstek, omdat de geschriften van deze homo scribens, de vruchten van zijn waanzinnige schrijfdrift, voornamelijk een anesthetisch ongemak opwekken bij zijn lezers. Het is in deze laatste gedaante dat diens eigen perversie zich situeert, aldus Lauwaert. Sades perversie ligt in zijn taal, omdat ze er niet op uit is iets anders uit te drukken, maar als taal op zichzelf verzelfstandigt. Het is net door deze betekenisdeflatie dat zijn teksten ongenoegen opwekken.
De sprekers hadden het publiek alert gehouden, want achteraf laaide de discussie hoog op. Moet er geen onderscheid gemaakt worden tussen sadisten en verkrachters? Wat zijn de implicaties van het einde van een psychoanalytische kuur? En: gaan perverten überhaupt in analyse? Zijn Sades werken een uitvergroting van iets typisch menselijks?
Had Sade op zijn sterfbed niets anders gewenst dan dat hij, tezamen met zijn werken, voor eeuwig zou worden vergeten, dan toont deze studiedag aan dat zijn wens allesbehalve werd ingewilligd. In 2014 zullen de media daar nog een schep bovenop doen. Ook het tijdschrift Psychoanalytische Perspectieven zal daartoe zijn bijdrage leveren met een aan Sade gewijd decembernummer. Op dat ogenblik zal het immers precies tweehonderd jaar geleden zijn dat de Markies overleed. Sadistisch als ze zijn, houden de auteurs ons nog even in suspense: alvast opnieuw iets om naar uit te kijken.
Literatuur
- De Vleminck, J. (2013). De schaduw van Kaïn — Freuds klinische antropologie van de agressiviteit. Leuven: Universitaire Pers Leuven.
- Hekma, G. (2009). ABC van de perversies. Amsterdam: Meulenhoff.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden