Met Bion op reis
Samenvatting
Growth and turbulence in the container/contained heb ik gelezen tijdens een fietsvakantie. Deze reis was een intense ervaring, door de vele onbekende factoren: waar vinden we eten, drinken en een slaapplaats en wat geven het weer en de weg? In de sfeer van het boek gekomen, zorgden die onbekenden voor voldoende chaos en turbulentie om tot creativiteit en psychische groei te komen.
Bespreking van
Howard B. Levine & Lawrence J. Brown (2013). Growth and turbulence in the container/contained — Bion's continuing legacy. Hove/New York: Routledge. ISBN 978 0 415 61741 3, 344 pp., £ 29,99
Het boek is gebaseerd op lezingen van het internationale Bioncongres in 2009 in Boston. Het is ingedeeld in een inleiding en historisch overzicht, een tweede deel over het klinisch proces, een derde deel over pathologische toestanden, een vierde deel over baby- en kinderanalyse en een laatste stuk over de containende functie van kunst.
In het eerste deel vormen Bions dagboeken over zijn ervaringen tijdens de Eerste Wereldoorlog de leidraad. De struggle die Bion levenslang heeft moeten leveren om die traumatische ervaringen te verwerken, wordt tastbaar gemaakt door Dorit Szykierski. Het heeft me ontroerd te lezen hoe Bion jaren later door toedoen van de veilige ‹alfa-functie› die de aanwezigheid van zijn vrouw betekend moet hebben, er bij een bezoek aan de oorlogsgraven in Frankrijk in slaagde om opnieuw zijn dagboeken ter hand te nemen en te herwerken, steeds vanuit verschillende gezichtspunten, vanuit verschillende literaire stijlen. Er zit veertig jaar tussen zijn eerste aantekeningen en het uiteindelijke ‹the Amiens Diary›. Zo merk je hoe Bion de weg wijst om eerst historisch de feiten te benoemen en op een rijtje zetten en zo tot herinneringen te komen.
In het klinische deel biedt eerst Antonino Ferro zijn narratieve uitwerking van Bions ideeën aan en zijn eigen concept ‹the field›. In mooie klinische voorbeelden die toegankelijk en goed verteerbaar zijn — hij is een goede kok — voel je heel erg Ferro's hart kloppen. Ferro illustreert hiermee transformatie en het belang van het narratieve daarbij.
Na de afdaling komt een lastiger klim. De uitwerking door James Grotstein van Bions concept ‹dream work› is drogere stof. Maar ik onthoud uit Bions denken dat bewust en onbewust functioneren gescheiden moeten blijven om complementair steeds samen aan het werk te zijn. Dit stemt tot nadenken over de ingrijpende impact van slaapproblemen.
De volgende hoofdstukken worden gekenmerkt door zowel creatieve theoretische uitwerkingen vanuit Bions basiswerk als door mooie klinische illustraties. Raul Hartke licht bijvoorbeeld de noodzaak van psychische turbulentie voor emotionele groei theoretisch toe. Hij gebruikt de term ‹complex adaptieve systemen› met de notie the ‹edge of chaos›: het punt waarop een balans gevonden wordt tussen stagnatie en gedesorganiseerde turbulentie, tussen bevroren orde en chaos. Op dit punt van maximale creativiteit en aanpasbaarheid van het systeem bestaat een optimale balans tussen stabiliteit en flexibiliteit en worden permanent nieuwe, absoluut onvoorspelbare vormen gegenereerd. Hij vergelijkt dit met de ontmoeting van het analytische paar, elke persoon met zijn ‹society of the mind›, met de assemblage van zijn innerlijke objecten die onderling interageren. Hartke maakt ook klinisch duidelijk waarom emotionele groei zo gevreesd wordt: Bions concept ‹transformaties in O›, met ‹becoming what one is being›, creëert een soort psychische duizeligheid door de existentiële ontmoeting met het wezenlijk vreemde en ongekende in het eigen zelf. Het gaat om contact met een persoonlijke essentie die niet op zelfreflectieve wijze gekend kan worden, maar die men enkel kan ‹worden›.
Roosevelt Cassorla laat via het concept ‹non-dreams for two› zien hoe het analytische koppel onbewust een collusie kan aangaan om een pijnlijke ervaring te evacueren in plaats van deze te verdragen en te transformeren. Als de analyticus niet in staat is om de evacuatieve non-dreams van de patiënt te dromen, ontstaan er enactments zoals beschreven door Bateman en Fonagy wanneer ze spreken over het vreemde zelf. De klinische voorbeelden laten zien hoe verfijnd maar invoelbaar de herhaling van de emotionele pijn vermeden wordt, pijn die anderzijds zo noodzakelijk is voor transformatie en psychische groei.
Van het derde deel was vooral het hoofdstuk over het primitieve geweten voor mij erg vernieuwend en inspirerend. Zowel José Americo Junqueira de Mattos en Joao Carlos Braga als Alessandro Bruni gaan hier in op Bions ‹thalamische angst›. Die wordt veroorzaakt door een moralistisch primitief geweten dat zijn oorsprong zou vinden in de foetale toestand, wanneer de corticale ontwikkeling nog onvoldoende voorhanden is om als afweer tegen negatieve ervaringen te kunnen dienen. Het is een soort geweten dat alleen zegt wat niet mag, dat elk plezier afkeurt, … Er wordt een verdediging ontwikkeld op biologisch niveau, waardoor ervaringen niet voor symbolisatie vatbaar zijn en niet doorgewerkt worden in de emotionele ervaring van de analytische relatie. Dit is dan ook het verschil met schuldgevoelens die later ontstaan en gerelateerd zijn aan objectrelaties.
‹Caesura› was voor mij een volledig nieuw concept. Het hoofdstuk Caesura, denial and envy van Renato Tachtenberg was dan ook het hoogtepunt van mijn reis, het zwoegen dat beloond wordt met een prachtig panoramisch uitzicht. Tachtenberg geeft aan dat de briljantie van Bion ligt in zijn capaciteit om een algemene categorie of structuur te zien en die op overkoepelende wijze toe te passen op nieuwe en ongewone situaties. Daar waar Freud stelt dat er veel meer continuïteit is tussen het intra-uteriene leven en de babytijd dan de impressieve caesura van de geboorte zou doen geloven, past Bion de idee van caesura veel breder toe. De verschillende caesurae waardoor mensen tegelijk in ten minste twee werelden kunnen leven (intern/extern, mentaal/protomentaal, bewust/onbewust, symbolisch/niet-symbolisch) kunnen ontkend worden om verschillende redenen, waarvan afgunst de belangrijkste lijkt. Het werkelijke probleem van de caesura ligt in de ontkenning ervan. Voor Bion was het duidelijk dat verschil en continuïteit, aanwezigheid en afwezigheid, winst en verlies, leven en dood, alleen maar verschillende kanten zijn van dezelfde fenomenen. Het niet tezelfdertijd in gedachte kunnen houden van deze tegenstellingen verklaart de moeilijkheid die mensen hebben met het onderhouden van een creatieve caesura. In deze context zei Meltzer: ‹Bion hielp ons om de draak van de causaliteit te verslaan en opende de kosmos van de geest in zijn oneindige mogelijkheden tot het genereren van betekenis.› Vergelijken daarentegen is een daad van het superego, gedomineerd door afgunst, waarbij categorieën van slecht/juist, beter/slechter, superieur/inferieur gebruikt worden als indicatoren van verschil. Bion nodigt hier uit om vooral de link te zien.
Een van de laatste de laatste hoofdstukken, door Marianne Robinson, gaat over babyobservatie. Hierin wordt heel mooi en van dichtbij geïllustreerd hoe een gefrustreerde baby tot nieuwe, emotioneel verrijkende ervaringen kan komen, die het zelfwaardegevoel versterken via de interactie met een reagerende ander.
Van het laatste stuk over kunst had ik misschien iets vernieuwenders verwacht, maar al bij al vind ik dit boek een aanrader voor wie graag Bion opnieuw dichtbij wil ervaren, zowel voor psychiaters en psychologen in opleiding als al oudere rotten in het vak. Het is theoretisch verfrissend, klinisch beklijvend geïllustreerd en zet je eigen creativiteit in brede zin en in vele domeinen in je eigen leven in gang.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden