Groepsmuziektherapie in (dis)harmonie
Samenvatting
In Group music therapy worden analytische theorieën over groepstherapie gekoppeld aan muziektherapie en wordt de werking van groepsmuziektherapie verder uitgediept. Groepsmuziektherapie kan worden omschreven als een preverbale psychotherapie, waarbij de therapeut gericht gebruikmaakt van muziek in al haar verschijningsvormen en waarbij de therapeutische relatie tussen een of meerdere patiënten en een of meerdere therapeuten centraal staat. Het vorm geven aan en doorwerken van deze problemen op muzikaal symbolisch niveau, eventueel aangevuld door verbale reflecties daarover, geven inzicht in de eigen psychische problematiek, zodat stoornissen in gedrag en beleving verminderd en opgelost kunnen worden (De Backer 2013).
Bespreking van
Alison Davies, Eleanor Richards & Nick Barwick (2015 [2014]). Group music therapy — A group analytic approach. Hove/New York: Routledge. ISBN 978 0 415 66594 0, 184 pp., £ 24,99
Alison Davies geeft in het eerste deel een beknopt, maar volwaardig overzicht van het ontstaan van muziektherapie, met het accent op het gebruik van muziektherapie in groepen. Hierbij laat ze de pioniers van muziektherapie in Groot-Brittanië, zoals Juliet Alvin, Helen Odell-Miller, Mary Priestley, Paul Nordoff en Clive Robbins, voornamelijk zelf aan het woord door veelvuldig gebruik te maken van citaten. Doordat hij zicht krijgt op de verschillende persoonlijke interesses en ervaringen van elk van deze pioniers wordt de lezer ondergedompeld in de verschillende mogelijkheden van muziektherapie. Zo benadrukt Priestley het belang van vrije improvisatie met Niemans woorden ‹That is why free improvisation is so vital for music therapy. You are priviliged people to be able to communicate with this deepest part of human beings› (p. 5). Nordoff legt de nadruk op de fysieke beweging van het kind, die binnen de beweging van de muziek gerepresenteerd wordt: ‹We take the sounds [the child] might make […] and we give this back to him in music so that he has a new experience of what he does habitually› (p. 8). Het preverbale, affectieve en onvoorstelbare niveau van muziek wordt op deze manier voorstelbaar en toegankelijk gemaakt voor de lezer. Dit geldt ook voor het daaropvolgende interview van Eleanor Richards met Helen Odell-Miller. Met vragen naar haar vroege werkervaringen en haar visie op het moderne groepswerk wordt de lezer in aanraking gebracht met de persoonlijke ervaringen van Odell-Miller en worden verschillende thema's, zoals opleiding, intervisie, werkveld en de continue ontwikkelingen hierbinnen, aangekaart.
Vervolgens gaat psychoanalyticus Nick Barwick in deel twee dieper in op de algemene principes van groepstherapie binnen een psychoanalytische context. Dit doet hij met een overzicht van de theorieën van Foulkes, een van de grondleggers van psychoanalytische groepstherapie. Foulkes' kennis wordt, naast het gebruik van korte klinische impressies, regelmatig aangevuld met theorieën van andere psychoanalytici, zoals Pines, Dalal en Bion, in de vorm van citaten. De oorspronkelijke uitspraken van deze bekende psychoanalytici, zoals Bions woorden: ‹The individual is a group animal at war, not simply with the group, but with himself for being a group animal and with those aspects of his personality that constitute his groupishness› (p. 78), werken verhelderend en inspirerend. Jammer genoeg worden Foulkes' ideeën hierbij nauwelijks ter discussie gesteld. Zijn theorieën zijn ondertussen immers verder ontwikkeld en zouden in het verlengde van de reeds aangeboden ontstaansgeschiedenis van groepsmuziektherapie een mooie aanvulling kunnen betekenen binnen het psychotherapeutische luik in dit boek. Hoezeer de inhoud van deel twee ook de aandacht vasthoudt, toch blijft de analytische muziektherapeut als lezer met een onbevredigd gevoel achter. De titel Group music therapy doet immers vermoeden dat er steeds teruggegrepen zal worden naar muziektherapie, terwijl dit in feite lange tijd uitblijft. Het is dan ook een verademing wanneer in de laatste twee delen van het boek muziektherapie weer als onderwerp verschijnt. Onmiddellijk worden er boeiende vignetten aangereikt binnen een muziektherapeutische setting, die aan de hand van de ontwikkelingstheorieën van Bowlby verder worden uitgediept. Vervolgens wordt er specifiek ingegaan op de complexe rol van de muziektherapeut, als cotherapeut, als student en als supervisor. Zo haalt Davies in een voorbeeld uit haar eigen ervaring als cotherapeut de moeilijkheden aan die met verschillende muzikale persoonlijkheden binnen het werkveld kunnen ontstaan. ‹Perhaps one of us was feeling anxious that the group might somehow fall apart, […] whilst the other therapist was more prepared to wait and was in any case feeling that there was little space to speak› (p. 142). Algemeen kan gesteld worden dat in Group music therapy een stevig theoretisch houvast wordt aangeboden om analytische groepsmuziektherapie te kunnen funderen en omvatten. Daarnaast worden de vele verschillende duale relaties binnen een therapeutische groep ontcijferd. De unieke kracht van muziek, die het mogelijk maakt om alle individuen tegelijk te laten klinken, wordt onder de loep genomen en de complexe rol van de muziektherapeut hierbij wordt in al zijn facetten verder uitgespit.
Ondanks het gevoel van verzadiging na het lezen van dit boek, blijft er ook een gemis hangen. De keuze voor verschillende auteurs om zo elk deel tot in de perfectie te kunnen verwoorden heeft tot gevolg dat de verschillende delen los van elkaar blijven bestaan. Dit gebrek aan coherentie resulteert in een tekort aan integratie van het analytisch theoretische kader in de laatste twee delen. Toch is deze uitgave in zijn geheel een interessante aanrader voor zowel klinische muziektherapeuten als voor muziektherapeuten in opleiding. Daarnaast vormt deze uitgave een mooie aanvulling op het eerste boek van Davies en Richards. Ook verbale psychotherapeuten kunnen met dit boek heel wat ontdekken over de non-verbale en affectieve aspecten van een psychoanalytische groepstherapie, geïllustreerd binnen een muziektherapeutische context.
Literatuur
- De Backer, J. (2013). Psychoanalytical music therapy. In K. Kirkland (red.), International dictionary of music therapy (p. 104). Hove/New York: Routledge.
© 2009-2024 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden