Post coitum omne animalium triste est
Samenvatting
Sex and nothing is feitelijk een commentaar op het Séminaire Livre XX, Encore geheten, dat Jacques Lacan gaf in de jaren 1972-1973. Hierin onderhield hij zijn publiek, dat intussen was uitgegroeid tot een grote groep van belangstellenden van diverse pluimage, over de seksualiteit, het sekseverschil, de onmogelijkheid van het verlangen en de relatie van de seksualiteit met de logica van de taal. Vooral dit laatste, de relatie tussen seks en taal, komt in dit boek aan de orde en vormt dan ook meteen het pièce de resistance, met nadruk op de weerstand die zij kan oproepen, omdat deze relatie op het eerste gezicht niet zo voor de hand ligt en nogal wat filosofische achtergrond van de lezer vergt.
Bespreking van
Alejandro Cerda-Rueda (2016). Sex and nothing — Bridges from psychoanalysis to philosophy. Londen: Karnac Books. ISBN 978 1 78220 338 4, 220 pp., £ 25,28
De redacteur van Sex and nothing is Alejandro Cerda-Rueda, een Mexicaanse psychoanalyticus, die een Sloveense bron van schrijvers heeft aangeboord blijkens de lijst van auteurs die hun bijdragen hebben geleverd, van wie Slavoj Žižek inmiddels ook voor Nederlanders een zekere bekendheid heeft gekregen. Van de elf auteurs zijn er slechts drie praktiserende psychoanalytici; bij de overige zijn vooral filosofen vertegenwoordigd. Het Sloveense onderonsje wordt onderbroken door een Mexicaanse met een Nederlandse naam (Christina Soto van der Plas) en een Amerikaan (Daniel Tutt).
Sex and nothing ziet haar thema breed. Het sekseverschil wordt bespeeld in Alenka Zupančič's Sexuality within the limits alone, waarin onder andere differentie en gender, en de vraag naar de oorsprong van het leven aan de orde komen. Deze laatste vraag blijft overigens onbeantwoord. Een en ander wordt in verband gebracht met de onmogelijke relatie tussen woord en ding. Onmogelijke relaties zijn een handelsmerk van Lacan. Denk maar aan zijn maximen Il n'y a pas des relations sexuelles en le sujet barré. In een volgend hoofdstuk neemt Salvoj Žižek het lacaniaanse algoritme van de borromeaanse knoop ter hand, waarin de verhoudingen figureren tussen het Reële, Het Symbolische en het Imaginaire (RSI). Žižek voegt iets nieuws toe aan de driehoeksverhoudingen tussen SRI. Binnen de driehoek introduceert hij een Event horizon, een idee dat hij heeft ontleend aan Badiou (2006), die het op zijn beurt heeft overgenomen van Deleuze (1969). Een gebeurtenis van grote betekenis voor de culturele gemeenschap doorkruist alle drie de ordes van de borromeaanse driehoek en brengt een structurele verandering met zich mee. Of het Event ook opgevat kan worden als een symptoom met een samenbindend vermogen van de drie ordes, zoals we dat bij Lacan kunnen lezen, wordt in dit stuk van Žižek niet duidelijk. In een later hoofdstuk komt Gabriel Tupinambá in Ich-psychologie und Massenanalyse: A Žižekian reading of Lacan's impasse terug op deze borromeaanse constellatie, die hij in verband brengt met de oprichting van zijn École Freudienne de Paris (EFP), nadat hij uit de Franse tak van de IPA was geweerd. Tupinambá's borromeaanse situatie laat op de plaatsen van het Reële, het Symbolische en het Imaginaire de volgende grootheden zien: Clinic, Institution en Concept. De auteur toont ons dat de constellatie van vóór en na de breuk met de IPA dusdanig verschillend is dat in de centrale overlap van Clinic, Institution en Concept eerst institutionalisatie centraal staat en na de breuk juist het concept waarin de idee van de variabele tijden en de ‹passe› centraal staan, de elementen die aanleiding waren van de breuk.
Dat het in deze recensie nog steeds niet over seks gaat weerspiegelt de inhoud van Sex and nothing. Het gaat zeer regelmatig over zaken die op het eerste gezicht niets met seks uitstaande hebben, maar wel met het tweede deel van zijn titel: nothing. Met dit niets komen we bij de kern van het menselijk bestaan en dus ook bij de seksualiteit. In het kort komt het hier op neer dat de mens bestaat bij gratie van een onmogelijkheid die ontstaat bij de separatie. Bij deze gebeurtenis (Event) vindt er binnen het subject ook een scheiding plaats tussen het Reële van het biologische en het Symbolische van de taal. Alvorens deze aliënatie zijn beslag krijgt is er een leegte (niets) ontstaan die node opgevuld moet worden. Het verlangen naar de oorspronkelijke eenheid is onverdraaglijk. Echter deze eenheid kan nooit meer gerealiseerd worden en zal bij iedere poging daartoe de impasse geactualiseerd worden. Immers, het subject kan niet anders dan in symbolische zin zijn verlangen uitdrukken. Behoeftebevrediging is van een andere orde en wordt aangeduid met jouissance.
Inmiddels zijn we het gebied van de taal binnengedrongen, daar waar de betekenissen opdoemen, ook die van het verschil der seksen.
Nog twee andere van de tien hoofdstukken gaan expliciet over seksualiteit. Joan Copjec schrijft met The sexual compact de interessantste, maar tegelijkertijd moeilijkste bijdrage aan dit boek. Zij levert commentaar op gendertheorie, feminisme, sekseverschil, de erogene ontmoeting en het bed als de plaats van jouissance. Laat ik uit haar tekst iets naar voren halen dat de gecompliceerde verhouding tussen seks en niets demonstreert. Na de opeenvolgende analyses van de hier genoemde onderwerpen zegt zij:
‹[…] Mind encounters a limit, an obstacle, which is nothing more (or less) then an existent object, a darkness. Yet this obscure object does not merely check the powers of mind; it also incites an unshakeable conviction: there must be a body. Body does not impinge on mind and thereby obstruct it, nor for matter does the mind collide with the body in its impenetrable density. Mind and body do not encounter one another, rather: mind encounters an obscure object that is neither purely internal nor purely external to it and it is this object which persuades mind that something other must exist (p. 133).
Bij al dit symbolisch geweld in dit boek zou men nog bijna vergeten dat bij seksualiteit ook een lichaam in het spel is. Dat is wat Lacan zich op het eind van zijn onderwijs ook realiseerde, toen hij het Reële expliciet problematiseerde.
Het andere hoofdstuk over seksualiteit draagt de titel Mathematics in the bedroom: sex, the signifier, and the smallest hole number, door Sigi Jöttkandt. Hierin wordt het sekseverschil uitgelegd met lacaniaanse algoritmes, wat een sterk beroep doet op de logica. Een hoofdstuk voor fijnproevers.
In dit boek wordt het verschil tussen verlangen en behoefte duidelijk naar voren gebracht. Het niets (néant bij Sartre (1943)) en manque à être bij Lacan genereren het verlangen dat bij seks met jouissance gepaard gaat, dat dichter bij de behoeftebevrediging staat. Het verlangen wordt door seks niet bevredigd. Zij hebben niets met elkaar te maken. Lezers die in seksualiteit zijn geïnteresseerd kunnen met dit boek een andere kijk op het onderwerp krijgen dan doorgaans in psychoanalytische kringen wordt gegenereerd. Al met al is Sex and nothing een zeer interessant boek, met verrassende vergezichten op seksualiteit, maar het is niet altijd even gemakkelijk te lezen. Inmiddels weten we wel waarom wij na een orgasme toch niet helemaal bevredigd achterblijven: het verlangen duikt toch weer uit het niets op.
Literatuur
- Badiou, A. (2006). Logiques des mondes — L'Être et l'événement, tome 2. Parijs: Éditions du Seuil.
- Deleuze, G. (1969). Logique du sens. Parijs: Les Éditions de Minuit.
- Sartre, J-P. (1943). L'Être et le néant. Parijs: Éditions Gallimard.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden