Een blik vol leegte
Samenvatting
Waarom is de blik zo onverdraaglijk? Waarom is de blik van de ander zo beangstigend? Waar kijkt het subject naar? Wat maakt dat ik mij unheimisch voel wanneer een ander wat langer naar mij kijkt? Kortom: wat is het object van de blik?
Reactie op
Conny Van de Repe (2018). De onverdraaglijke blik; Nelleke Nicolai (2018). In de wieg gelegd om te reguleren; Ronny Vandermeeren (2018). De rijkdom van het moment; Conny Van de Repe (2018). Repliek op de commentaren van Nelleke Nicolai en Ronny Vandermeeren. De therapeut aan het werk. Tijdschrift voor Psychoanalyse en haar toepassingen, 24, 240-251.
Het antwoord is even eenvoudig als verontrustend. Het object van de blik is het niets. Wij kijken in de onmetelijke afgrond van het niets. Met een oorsuizende snelheid vallen wij in het ravijn van de leegte wanneer wij ons laten leiden door de blik. De blik van de ander doet ons dat beseffen. Wij zijn machteloos en raken bezeten door angst die kan leiden tot katatonie. Er is niets dat ons tegenhoudt, waaraan wij houvast hebben. Elke strohalm blijkt een illusie te zijn. Jean-Paul Sartre parafraserend: ‹Le regard de l'autre c'est l'Enfer›.
In mijn commentaar volg ik Jacques Lacan in zijn onderwijs over de blik. Voor hem is de blik een manifestatie van het objet petit a, de lege ruimte die ontstaat bij de separatie, die hij vanwege het angstaanjagende en onontkoombare ‹de castratie› noemt. Waarschijnlijk is hier sprake van een metonymische verschuiving waarbij de blik de plaats inneemt van het object.
In de spiegelende blik van de ander treedt er een duizelingwekkende versnelling van de vrije val in de leegte op die te vergelijken is met een omgekeerd ‹Drostefenomeen› (doosje-in-een-doosje). Telkens denkt men houvast te hebben en blijkt het een halte te zijn op weg naar de volgende illusie.
Om de vrije val in het niets te voorkomen staan ons de illusie en de geruststelling ten dienste. Het een is imaginair en het andere symbolisch. Het symbolische van het denken en spreken is het krachtigste verweer tegen de angst voor de leegte en het imaginaire het sterkst om juist die angst op te roepen, omdat het dichter bij het reële staat en niet meteen de omweg langs het symbolische hoeft te maken. De confrontatie met het reële is huiveringwekkend en wij brengen van alles in stelling om dat uit de weg te gaan. Ten aanzien van de blik is het ook niet voor niets dat wij de blik van de ander zo veel mogelijk vermijden. Wij vangen slechts een glimp op van de blik van de ander. Een langer staren verdragen we niet, het maakt ons angstig en doet de eigen blik naar binnen richten om te constateren dat daar een onmetelijke leegte is, die wij maar al te graag opvullen met geruststellende woorden en fantasieën.
Een laatste opmerking. Is psychotherapie een methode om een vrije val in de leegte te voorkomen? Ja, ik denk het wel, maar dan moet de therapeut wel weten wat hij of zij moet doen of laten.
Literatuur
- Nicolai, N. (2018). In de wieg gelegd om te reguleren: Gevangen in de blik. Tijdschrift voor Psychoanalyse en haar toepassingen, 24, 244-245.
- Van de Repe, C. (2018a). De onverdraaglijke blik: Twee sessies van een psychoanalytische psychotherapie. Tijdschrift voor Psychoanalyse en haar toepassingen, 24, 240-243.
- Van de Repe, C. (2018b). Repliek op de commentaren van Nelleke Nicolai en Ronny Vandermeeren. Tijdschrift voor Psychoanalyse en haar toepassingen, 24, 249-251.
- Vandermeeren, R. (2018). De rijkdom van het moment. Tijdschrift voor Psychoanalyse en haar toepassingen, 24, 246-248.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden