De gelaagdheid van Freuds Drie verhandelingen
Samenvatting
Van Haute en Westerink waren als redacteurs betrokken bij de belangwekkende publicaties van de vertaling van de eerste editie van Freuds Drie verhandelingen over de theorie van de seksualiteit in het Duits (2015), in het Engels (2017a) en in het Nederlands (2017b).1 Zij hebben de bevindingen van hun onderzoek naar de revisies en wendingen in de verschillende edities in de periode van ruwweg 1905 tot 1924, waarin Freud zijn Drie verhandelingen vier keer heeft gereviseerd en heruitgegeven, gebundeld en in een cultuurhistorisch perspectief geplaatst. Het boek illustreert de gelaagdheid in Freuds werk door de tijd heen. De auteurs stellen dat niet elke volgende editie een verbetering is, maar door het geheel ontstaat een beeld van een complex veld met diverse tegengestelde posities. Vanuit dit veld is het Van Haute en Westerink gelukt om Freud te herontdekken; dat is belangrijk, omdat het inzicht verschaft in de psychoanalytische theorievorming en het ons kan verlossen van dogmatiek.
Bespreking van
Philippe Van Haute en Herman Westerink (2021). Reading Freud's Three essays on the theory of sexuality — From pleasure to the object. London/New York: Routledge. ISBN 9780367364304, 138 pp., £ 27,99
Het boek biedt diverse nieuwe aangrijpingspunten waarmee bekende en onbekende lagen kunnen worden herzien dan wel verkend. Het voert te ver om alle facetten van deze freudiaanse herinterpretatie te noemen. Ik beperk me tot drie door mij gesignaleerde lijnen, waarbij ik tevens een punt van discussie zal noemen. Onvermijdelijk kleur ik met mijn voorkeuren deze bespreking, want andere belangrijke aspecten uit het boek laat ik onderbelicht.
De eerste lijn is de functionele, heteronormatieve benadering van seksualiteit die door Freud in de eerste editie van Drie verhandelingen succesvol werd bestreden met zijn ontdekking van de auto-erotische, polymorfe, infantiele seksualiteit. Door het onderscheid tussen een infantiele en een volwassen seksualiteit hoefde hij niet langer na te denken over perversie in termen als abnormaal en afwijkend: perversie was nu een dimensie van de infantiele seksualiteit. Zodoende kon Freud de verscheidenheid van de perversie bestuderen om meer te weten te komen over de seksuele constitutie van de mens. Hiermee keerde hij zich tegen zijn tijdgenoten, die vasthielden aan een functionele, heteronormatieve benadering van de seksualiteit. In de eerste twee hoofdstukken reconstrueren de auteurs de wendingen waarmee de latere edities van Drie verhandelingen dit kritische potentieel verliezen, onder andere door de introductie van verschillende concepten, zoals het narcisme en de ontwikkelingsfasen, waarover later meer.
De tweede lijn is de beperkte referentie aan het oedipuscomplex. De eerste verwijzingen verschijnen pas in de editie uit 1920, en de auteurs laten zien dat dit niet toevallig is. Voor oedipalisatie is een object vereist, zodat Freud zijn dichotomie tussen infantiele en volwassen seksualiteit moest opgeven alvorens hij oedipale structuren kon integreren. Eveneens van veel waarde is dat de auteurs aantonen dat het Freud ten tijde van Drie verhandelingen nog ontbrak aan verschillende voor het oedipuscomplex noodzakelijke concepten, zoals identificatie en superego. Deze theoretische ontwikkelingen en hun samenhang met Drie verhandelingen worden in het derde hoofdstuk uiteengezet. De reconstructie van de auteurs belicht de complexiteit van Freuds teksten en laat zien dat klassieke interpretaties, zoals de aanname dat Freuds structurele denken over het oedipuscomplex startte na het opgeven van zijn verleidingstheorie in 1897, vaak voorbarig waren en genuanceerder liggen.
De derde lijn is de centrale vraag van de eerste editie: hoe transformeert de objectloze auto-erotiek in een volwassen seksualiteit tot objectliefde? Deze vraag heeft ervoor gezorgd dat Freud in de latere edities het narcisme en de ontwikkelingsprofielen van de seksuele organisatie introduceerde, waarmee het initiële onderscheid tussen auto-erotiek en objectliefde vervaagde. Met het narcisme creëert Freud de mogelijkheid van een object in de infantiele seksualiteit, namelijk zelfliefde, en door de installatie van de twee ontwikkelingsfasen ontstaat er een pad dat leidt naar een normale, heteroseksuele ontwikkeling. Niet langer dus is het pathologische een uitvergroting van wat de mens in zich draagt, maar een afwijking in de ontwikkeling, waarmee de auteurs een belangrijke inconsistentie belichten.
Dit boek laat zien hoe vruchtbaar het kan zijn om Freuds teksten te ontleden en opnieuw te interpreteren. Het herontdekken van Freuds initiële positie van een objectloze en polymorfe infantiele seksualiteit — iets wat indruist tegen gevestigde functionele, heteronormatieve logica — en het in een nieuw licht zetten van het oedipuscomplex zijn voorbeelden die de kracht van deze werkwijze tonen en van belang zijn voor de maatschappelijke positie van de psychoanalyse, zoals in het nawoord door de auteurs toegelicht wordt.
Het eerder genoemde discussiepunt betreft de objectloosheid van de infantiele seksualiteit uit de eerste editie. De pure fysiologische sensaties, de ‹kriebels›, zijn ‹het terugvinden› van de lustbeleving door de stroom warme melk, waarmee een auto-erotisch regime tot stand wordt gebracht. De lustbeleving staat hier los van de omgeving en van de fantasie. De ander, het object, heeft hierin geen structurerende functie. Deze zienswijze heeft voor de auteurs een groot kritisch potentieel. Ik vraag me af of auto-erotiek zonder fantasie kan bestaan. Is het überhaupt mogelijk dat er primaire fysiologische sensaties zijn die niet direct ook leiden tot een vorm van representatie? Hoe belangwekkend het ook is om Freuds oorspronkelijke zienswijze te herontdekken, misschien dat strikte objectloosheid niet houdbaar en dus niet bruikbaar is. Wellicht is deze aanname ook niet nodig om een belangrijk deel van het kritische potentieel uit de eerste editie te behouden?
Literatuur
- De Vleminck, J. (2016). Freud anno 1905. Tijdschrift voor Psychoanalyse, 22(3), 233-234.
- Freud, S. (2015). Drei Abhandlungen zur Sexualtheorie (1905). Onder redactie van Philippe Van Haute, Christian Huber en Herman Westerink. Wenen: Vienna University Press.
- Freud, S. (2017a). Three essays on the theory of sexuality — The first edition (1905). Onder redactie van Philippe Van Haute en Herman Westerink. London: Verso.
- Freud, S. (2017b). Drie verhandelingen over de theorie van de seksualiteit — De eerste editie, 1905. Onder redactie van Philippe Van Haute en Herman Westerink. Nijmegen: Vantilt.
- Van Haute, P., Westerink, H. & Kistner, U. (2017). Freud vertalen, Freud verraden? Tijdschrift voor Psychoanalyse, 23(3), 186-197.
Noot
- 1.Zie ook De Vleminck (2016) en Van Haute, Westerink en Kistner (2017).
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden