MENU
  • Home
  • Actueel
    • Nieuws
    • Agenda
  • Inhoud
    • Laatste nummer
    • Archief
    • Rubrieken
    • Redactioneel
    • Artikel
    • Boekessay
    • Naast de bank
    • Scènes
    • Histories
    • Verslagen
    • Boeken
  • Auteurs
    • Overzicht auteurs
    • Auteursrichtlijnen
    • Artikel indienen
    • Gebruik van artikelen
  • Abonnementen
    • Abonnement aanvragen
    • Proefabonnement
    • Voorwaarden en wijzigingen
  • Over TvPa
    • Redactie
    • Adverteren
    • Open Access
    • Links
    • Contact
  • Reacties
    • Van lezers
Inloggen
Inhoud
Inhoudsopgave jaargang 17 (2011) / nummer 4
PDF  

Het economische gezichtspunt in de psychoanalyse

Ary van Engelen
30 oktober 2024

Samenvatting

Wanneer een bekend, geïnteresseerd econoom zich bemoeit met het economische principe in de psychoanalyse, zouden we dat met open armen kunnen ontvangen zonder ons in een narcistische koker van vermeende meerkennis te verschansen.

Reactie op

Marc De Kesel, repliek op het commentaar van Arnold Heertje (2011-3, p. 215)

Daarom wil ik nogmaals aandacht besteden aan het aloude economische gezichtspunt in de psychoanalyse. In vergelijking met de andere gezichtspunten — het topische, het dynamische en het genetische — is het economische gezichtpunt op de achtergrond geraakt. Psychologisch gezien valt er weinig over te zeggen omdat het niet om objectiveerbare formuleringen gaat maar om psychische energie. Eind negentiende eeuw, in de tijd van Charcot en Breuer, probeerde men de hysterie te verklaren op basis van neurofysiologische veronderstellingen. Meestal ging het om conversie, waarbij lichamelijke klachten langs psychische weg tot stand kwamen en door hypnose soms, meestal tijdelijk, werden verholpen. Het economische gezichtspunt gaat uit van de veronderstelling dat het zenuwstelsel de kortste, eenvoudigste weg kiest om zich van schadelijke prikkels te ontdoen, een principe dat verwant is aan de pijnreflex. Men veronderstelt dat zich iets soortgelijks in de droom kan afspelen. Wat verkeerd valt in het waakleven wordt in de slaap afgevoerd en op zijn plaats gezet, zodat men van de opgedane stress kan herstellen. Het afvoeren van prikkels berust op een kwantitatief principe, zoals na het bereiden van de maaltijd de rommel wordt weggegooid. Bovendien wordt de keuken weer in gereedheid gebracht voor het bereiden van een volgende maaltijd. Het weggooien dient om de zaak voor te bereiden voor nieuw gebruik. Afvoeren, verwijderen, ontladen, zelfs vluchten, vallen onder de noemer van een economie die zich niet bezighoudt met het inhoudelijke aspect.

Toen de psychoanalyse zich ging bezighouden met het inhoudelijke aspect ontstond een model van zintuiglijk georiënteerde geheugenindrukken, die een patiënt zich kan herinneren wanneer de barrières van de censuur worden opgeheven. Het onbewuste wordt bewust en de herinnering in waarnemingseenheden valt onder een topisch gezichtspunt. Men kan zich afvragen of met de topiek de economie niet overbodig werd, zeker toen daar later de gezichtspunten van psychodynamiek en -genese nog aan werden toegevoegd.

Het psychodynamische gezichtspunt plaatst het onbewuste in een logisch kader, bijvoorbeeld door bestudering van de afweermechanismen, zoals onder andere verdringing, projectie, overdekking door het tegendeel. Ook het genetische gezichtspunt is belangrijk, want dit plaatst het ontstaan van psychische stoornissen in de vroege kindertijd. Terwijl de dynamiek een verklaring beoogt van de verschillende stoornissen — de verdringing hoort bij de hysterie, de projectie bij de paranoia en de overdekking bij de dwang — houdt de economie zich bezig met de energiehuishouding. Zo wordt gesteld dat zowel de onbewuste drijfveer als de censuur gebruik maakt van dezelfde driftenergie. Aanvankelijk gold dat alleen voor de seksuele drift, later werd een tweede drift gepostuleerd.

Het economische uitgangspunt is ongeveer dat het zenuwstelsel streeft naar een minimale prikkelintensiteit. Dit streven is door toedoen van het driftleven en het daaraan gebonden lustprincipe gedoemd te mislukken, zodat het in de praktijk des te meer opvalt dat er een algemene aanleg is voor het ontwikkelen van psychische stoornissen met een niet te onderschatten intensiteit van aanwezige driftimpulsen, die uit alle macht worden tegengehouden om enigerlei aanpassing mogelijk te maken. Met ‹aanpassing› wordt dan aanpassing aan de omgeving bedoeld, een sociaalpsychologisch begrip dat aan het eind van Freuds schrijverschap aan de reeks gezichtspunten werd toegevoegd (‹das Unbehagen in der Kultur›). Men zou de psychische economie ook adaptief kunnen noemen, omdat het een aanpassing is van het zenuwstelsel aan het leefmilieu, zij het dat innerlijke en externe adaptatie lijnrecht tegen elkaar ingaan, getuige de tegenstelling tussen drijfveren en beschaving. Freud gaat ervan uit dat de psychodynamiek zoekt naar een compromis tussen de conflictueuze uitersten — een compromis dat vanwege de economie van de psyche minimale energie kost. Aldus zou de neurosekeuze de keuze kunnen zijn voor wat het individu economisch gezien het beste uitkomt. Met de term ‹economie van het masochisme› probeert Freud te illustreren dat er pathologische processen zijn aan te wijzen die niet door het lustprincipe verklaard kunnen worden. Want hoe kan iemand zich bevredigen aan pijn als bron van onlust, zolang seksualiteit zich oriënteert op lustgevoel? Het streven naar een minimale energiehuishouding komt wederom aan de orde, zonder dat er een afdoende verklaring wordt gevonden. Vermoedelijk gaat het om pogingen de vele pijnlijke aspecten van de realiteit als duurzame bevredigingsvorm te cultiveren.

Je zou kunnen beweren dat het economische gezichtspunt de ene keer als onbruikbaar wordt beschouwd en de andere keer van stal wordt gehaald om er moeilijk te begrijpen psychische mechanismen mee te verklaren. Freud excuseert zich dan ook herhaaldelijk voor zijn schromelijke gebrek aan kennis en verplaatst het probleem naar een hoopvolle toekomst. Want we bevinden ons ‹zeker op de goede weg›. Genoemde gezichtspunten zijn meta-psychologie, dat wil zeggen zolang er geen betere en afdoende verklaringen zijn vanuit de psychologische empirie, is men genoodzaakt er gebruik van te maken. Hetzelfde geldt min of meer voor het lustprincipe en de driften, welke laatste tot de ‹mythologie› van de psychoanalyse worden gerekend. Strikt genomen is het economische gezichtspunt niet eens aan de psychoanalyse ontleend maar aan de eind negentiende-eeuwse neurofysiologie. Maar zolang men in de chemie nog gebruik maakt van structuurformules is het in de psychoanalyse ook nog wel verantwoord om een economisch gezichtspunt te blijven hanteren.

Vorige Inhoudsopgave Volgende
Twitter Facebook Linkedin
Delen Print PDF

© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x


De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:


Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912. Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).

No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.

Jaargang 31, nr. 1, maart 2025

Neem een ABONNEMENT Laatste editie Archief

Nieuwsbrief Boom Psychologie

Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.

Aanmelden

Boeken

Positieve psychologie - De toepassingen
Fredrike Bannink
€ 24,95
Meer informatie
Diagnostiek in de praktijk
Frans Schalkwijk
€ 39,50
Meer informatie

Privacy policy

Algemene voorwaarden

© 2009-2025
Boom uitgevers Amsterdam

Redactieadres

Romana Goedendorp

Miquelstraat 131

2522 KN  Den Haag
tvpsychoanalyse@gmail.com

Klantenservice

Boom uitgevers Amsterdam B.V.

Postbus 15970

1001 NL Amsterdam

Nederland

088-0301000

klantenservice@boom.nl