De man die haat liefhad
Samenvatting
Drie dagen nadat Derry (Duncan) Macdiarmid de laatste woorden aan zijn boek had geschreven, overleed hij op achtenzeventigjarige leeftijd aan de gevolgen van kanker. Hij was de zoon van een Schotse predikant. Het geloof in God en de inzet voor de Kerk stonden centraal in zijn opvoeding. Toen Macdiarmid rond zijn twintigste kennismaakte met Nietzsches werk en geconfronteerd werd met diens uitspraak: ‹God is dood›, werden heel wat van zijn overtuigingen onderuitgehaald. Het stimuleerde hem om op zoek te gaan naar (nieuwe) antwoorden — antwoorden die hij onder andere trachtte te vinden door het onbewuste te bestuderen. Na zijn medische opleiding startte hij een loopbaan als psychiater. Het schrijven van Century of insight vloeide voort uit cursussen die hij gaf aan jonge psychiaters in het Guy Hospital te Londen. Aanvankelijk beoogde hij een handboek voor het postgraduaat te schrijven, maar die intentie groeide uit tot een veel ambitieuzer plan: ‹Helping us to reveal our unconscious selves› (p. 304). Hij hoopte de lezers te kunnen verleiden met een reis door de tijd met als belangrijkste bezienswaardigheid de ont-dekking van het onbewuste. Macdiarmid was ervan overtuigd dat ‹our dreams can connect us to our capacity for love, and so transform our lives› (p. 304).
Bespreking van
Duncan Macdiarmid (2013). Century of insight — The twentieth century enlightenment of the mind. Redactie S. Macdiarmid. Londen: Karnac. ISBN 978 1 78049 075 5, 352 pp., £ 26,99
Het boek bestaat uit vier grotere delen. De eerste drie delen van het boek vormen een historisch overzicht van het ontstaan en de evolutie van de psychoanalyse en bereiden de lezer voor op het vierde deel. In dit laatste deel zet Macdiarmid zijn eigen ideeën uiteen over liefde en persoonlijke groei.
Het eerste deel is gewijd aan de voorgangers van de psychoanalyse. De auteur start bij de tribale geneeskunde en vertrekt vanuit hun ideeën over ziekte en genezing. Daarna verwijst hij naar dr. Robert Carter, die zevenenzeventig jaar voor Freuds (1930) Das Unbehagen in der Kultur al beargumenteerde hoe sociale normen de grondslag van neurose vormen.
In het tweede deel focust hij op de voorvaders van de psychoanalyse. Naast het leven en werk van Freud, Adler en Jung passeren ook Nietzsche en Kierkegaard de revue.
In het daaropvolgende deel legt Macdiarmid de klemtoon op wat hij de ‹humanisering van de psychoanalyse› noemt. Ook in deze hoofdstukken valt op hoe de auteur zich vanuit verschillende invalshoeken liet inspireren. Belangrijke figuren uit de psychoanalytische wereld, zoals Anna Freud, Balint, Winnicott, Klein, Fairnbairn, komen aan bod. Daarnaast richt hij zijn blik ook op gezinstherapie en antropologie. Hij beschrijft op een intrigerende manier onder andere de avonturen van antropoloog John Layard in Malekula, een eiland in Melanesië. Het is fascinerend om te lezen hoe ‹barbaarse› praktijken als kannibalisme en mensenoffers nauw verbonden zijn met liefde en groei.
In het vierde deel, Legacy for the twenty-first century, wordt de focus gericht op onze eigen interne wereld. De auteur zoomt in op hoe haat en agressie een noodzaak en een deugd vormen in ons menselijke bestaan. Maar ook hoe er in onze cultuur heel wat gangbare misvattingen bestaan omtrent haat en liefde. Haat kent voor Macdiarmid een breed bereik, van tijdelijke vijandigheid tot destructie, en is voor hem een noodzaak voor liefde. In zijn beargumentering grijpt hij onder andere terug op wat de ethologie ons leert over hechting en agressie bij dieren. Om in staat te zijn de ander lief te hebben, moet elk individu volgens Macdiarmid een gezonde capaciteit tot domineren ontwikkelen. Pas als men voldoende loskomt van de ander kan rijpe/volwassen liefde ontstaan. Macdiarmid verwijst hierbij naar het droomleven en haalt aan dat in dromen een groeipotentieel vervat ligt. Dromen kunnen verwijzen naar de angst om lief te hebben, te groeien en een onafhankelijk individu te worden. Liefde en groei lijken de centrale thema's waaromheen hij zijn boek heeft opgebouwd. Of, zoals Macdiarmid het de dag voor hij overleed, neerschreef: ‹I have done my best to scare you with the appalling dangers presented by that great evolutionary enterprise of discovering or inventing love, while at the same time I have hoped to lure you into making your dream life and your imagination, at least as important, if not more important, than your rational life› (p. 318).
De schrijfstijl en openhartigheid van de auteur dragen niet alleen bij tot de vlotheid en toegankelijkheid van het boek, maar zorgen er ook voor dat de lezer in contact komt met de mens achter de auteur. Het boek gaat in dat opzicht veel verder dan louter een handboek en het lijkt door de persoonlijke verhalen alsof Macdiarmid zijn memoires heeft neergeschreven.
De sterkte van de eerste drie delen ligt enerzijds in de manier waarop Macdiarmid de verwevenheid weet bloot te leggen tussen het culturele, persoonlijke en psychische leven van de aangehaalde auteurs en hun theorievorming omtrent het menselijk functioneren. Tegelijk doet hij ons beter begrijpen waarom er afscheuringen of allianties ontstonden tussen de verschillende iconen. De biografische en geschiedkundige feiten worden doorspekt met humor, leuke weetjes en anekdotes. Toch weerhoudt dit hem er niet van om kritisch en scherpzinnig uit de hoek te komen. Het feit dat hij een aantal aangehaalde auteurs of hun nabestaanden persoonlijk heeft ontmoet, draagt bij tot de levendigheid van het boek. Hij weet hen als het ware opnieuw tot leven te roepen en is daarbij een rechtstreekse getuige van zowel de twintigste als de eenentwintigste eeuw.
De brede — maar weldoordachte — opzet van de eerste drie delen maakt dat niet op elke theorie of auteur even diep ingegaan kan worden. Toch belet dit Macdiarmid niet om dit wel te doen waar dat nodig is met het oog op het vierde deel, of om uitstapjes te maken naar andere theorieën of interessante personen. Het boek biedt een goed overzicht voor diegenen die weinig vertrouwd zijn met het psychoanalytische gedachtegoed. Toch komen ook meer ervaren lezers aan hun trekken. Macdiarmid is er zeker in geslaagd om meer dan honderd jaar psychoanalyse op een boeiende, leesbare en kritische manier weer te geven zonder louter te vervallen in een zoveelste herwerking of historische weergave van de verschillende auteurs. Integendeel, hij draagt zijn eigen steentje bij aan ‹the enlightenment of the mind›.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden