Picasso of Duchamp
Samenvatting
Het Picassomuseum in Parijs is weer open na een jarenlange opknapbeurt. Hier kun je het best dat lange leven en zijn onvoorstelbare creatieve kracht verkennen. Van de lieve meisjes uit de vroege periode in de sfeer van het zeventiende-eeuwse Hôtel Salé waar het museum gevestigd is, via de daghitjes van Avignon tot bij mijn lievelingskunstwerk, de grote geit. Ze is moederlijk met haar fiere uier, die van kruikjes uit Vallauris is samengesteld, en toch ook kordaat en pittig. Ik durf er mijn verlangen te projecteren. Picasso is een van de grote kunstenaars die in de twintigste eeuw schilderkunst en beeldhouwkunst radicaal vernieuwde. Het ging niet langer om het afbeelden van de werkelijkheid of het uitbeelden van geschiedenis of mythe, maar om het spelen en variëren met vormen, materie, kleuren en perspectieven. Vaak wordt Picasso gezien als een soort natuurkracht die in kwantiteit en scheppingsdrang alles wat hij aanraakte, betoverde. Maar bij nader inzien gaat deze daadkracht toch altijd samen met precieze ideeën, vakmanschap, grote aandacht voor de traditie en scherpe observaties en berekeningen. De veelzijdigheid van Picasso kwam dit jaar uitstekend naar voren in een ander Parijs monument, dichter bij zijn eigen tijd ontstaan, het Grand Palais, die kathedraal uit de Belle Epoque, oprijzend in staal en glas. De grote tentoonstelling aldaar heette treffend Picasso.mania, omdat ze naast werk van de meester zelf vooral ook toonde hoe zijn oeuvre andere kunstenaars (en de media) heeft geïnspireerd. Ik kon twee hoofdoriëntaties met allerlei varianten daarop onderscheiden. De viriele, mannelijke, zaadspuitende hemelbestormer met zijn horens en pieken enerzijds, en de moederlijke hoedster, scheppend en barend, omarmend en beschermend anderzijds. Picasso is bastaard en vondeling, androgyn in die zin, vandaar de ‹manie› die zovelen meesleept. Maar misschien komt de sublimerende werking van zijn kunst het best tot zijn recht als je bedenkt dat zijn werk vanaf de Eerste Wereldoorlog getuigt van de verscheurdheid van ons wereldbeeld en van de mens daarin. Het verbrokkelde subject en het in losse stukken uiteenvallende lichaam uit de kindsheid worden weerspiegeld in de ronddolende hoofden, handen en neuzen. Hieraan tracht met reuzeninspanning de volheid van het kunstwerk tegenspel te bieden, een nieuwe eenheid te creëren. Zo ook in Guernica, het paard dat ten onder gaat in oorlogsgeweld, maar tegelijk een onsterfelijke Pegasus wordt. Wij zien iets soortgelijks bij wellicht de grootste der erfgenamen, Francis Bacon, waar deze met vlakindeling en strakke omlijning de vermorzeling en ont-zetting letterlijk te lijf gaat.
Een van de kunstenaars die bij de Picasso.mania vooral in het oog sprong was Jasper Johns. In de jaren tachtig schilderde hij zijn serie De seizoenen, mede geïnspireerd op de Minotaurusafbeelding van Picasso uit 1936. Complexe composities waarin strakke zomerfiguren overgaan in de verglijding van de herfst. De winterse sneeuw lost de wereld vervolgens op, maar dan komt de lente, en zie: Johns verbeeldt deze door alle heterocliete onderdelen van het schilderij te verbinden door middel van een leven-brengende regen die wellicht ook de grens kan opheffen tussen de twee menselijke figuren (man en vrouw?) die nu centraal staan. Johns was in zijn begintijd eerder een leerling van Marcel Duchamp en varieerde ook vaker op diens werk.
Tegenover de gulheid en uitbundigheid van de mediterrane Picasso tekent de Normandische rechtlijnigheid van Duchamp zich hoekig af. Hij heeft geen eigen museum, maar de Arensbergzalen in het museum van Philadelphia herbergen zijn belangrijkste werk. Als meest kenmerkende tegenhanger van het oeuvre van Picasso staat daar Het Grote Glas met als andere titel De Bruid gestript door haar vrijgezellen, zelfs. Deze installatie toont tussen twee glasplaten een insectachtige vrouwelijkheid, radicaal gescheiden van de figuren daaronder, de vrijgezellen met hun machientjes. De vrijgezellenmachines, waarbij Duchamp in het gezelschap verkeerde van onder anderen Kafka, Jarry en Roussel, leverden indertijd een fameuze tentoonstelling op waarbij de diverse creaties gezien werden als een allegorische uitdrukking van verdwaald verlangen.
Duchamp heeft dit soort filosofische verklaringen altijd met een korreltje zout genomen; humor, ironie en parodie alsmede het spelelement, ook met taal, zijn alom aanwezig.
In zijn magistrale boek De Bruid van Marcel Duchamp, laat K. Schippers de ongrijpbare en toch heel concreet opgezette doelstellingen van de kunstenaar in een meanderende zoektocht prachtig tot hun recht komen. Deze studie en een reeks andere verkenningen rond het werk van Duchamp vormen de kern van het nieuwste nummer van het vrij toegankelijke tijdschrift RELIEF (www.revue-relief.org). Daar wordt ook ruim aandacht besteed aan het ultieme meesterwerk van Duchamp dat hij in het geheim vervaardigde tussen 1945 en 1966 terwijl iedereen dacht dat hij zich alleen nog met inventariseren en schaken bezighield. Na zijn dood werd in 1968 in Philadelphia deze installatie onthuld, zijn erfenis als mausoleum en barok monument: Étant donnés: 1° la chute d'eau 2° le gaz d'éclairage (Gegeven: 1. de waterval 2. het lichtgas).
Voorop staat een oude Spaanse deur met twee kijkgaatjes. Daar dient de kijker zich op te stellen om een blik te slaan op de ruimte erachter. Dan ziet hij achter een gekarteld kader, op een ondergrond van takken, een vrouwenlichaam met wijd opengesperde vagina, waarachter een waterval in bergachtig landschap is afgebeeld terwijl de dame een lamp in haar hand houdt, een ‹bec Auer›. Met een spottende knipoog naar bijvoorbeeld de traditie van de locus amoenus, zet Duchamp als het ware het gefrustreerde verlangen uit Het Grote Glas op zijn plaats. Wat onbereikbaar was en bleef, mag in zijn anonieme (het hoofd is onzichtbaar) lichamelijkheid gloriëren, hernieuwde ‹origine du monde› à la Courbet, lente door water en licht besproeid. De echtgenote van de Braziliaanse ambassadeur, Maria Martins, zelf ook beeldhouwster, en Duchamps geliefde tussen 1946 en 1951, stond model voor de vrouwfiguur, terwijl zijn tweede vrouw, Alexina (Teeny), het materiaal voor de opgeheven arm ‹aanleverde›. Ook hier dus het zoeken naar een synthese waarin de kunst het leven corrigeert, overtroeft of althans herordent. En de Spaanse deur laat zien dat Duchamp ook mediterraan wilde zijn; deze deur kwam uit de buurt van Cadaquès waar hij een huis had en een aantal van zijn beste werken creëerde.
Wat betekent dit voor de psychoanalyse en voor de psychoanalyticus? Kort en krachtig: dat kunst ingezet kan worden als middel om traumatische onvolledigheid of verminking te helen of althans te verzachten. Kunstwerken van Picasso en Duchamp tonen op verschillende wijze niet alleen een voltooide creatie, maar ook het proces dat van verscheurdheid en vertwijfeling naar overzicht en homogeniteit voert. De geometrische geest zal wellicht eerder bij Étant donnés thuiskomen, terwijl een meer sensuele geaardheid rondborstigheid prefereert. En wie zo enerzijds een kunstwerk de kans geeft dynamiek te bevorderen, zal anderzijds een stuk van zijn (hervonden) eigenheid eraan teruggeven en zo de receptie van deze creatie verruimen.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden