Het geweten: lust en last
Samenvatting
Mijn oog viel op de aankondiging van deze studiedag Het geweten als last en ik moest denken aan mijn patiënte Bianca die recent verzuchtte: ‹Ik wil zoveel vrijer leven. Op mijn 39e weet ik heus wel dat ik geen straf meer krijg, maar ik kan en durf nog steeds niet buiten de lijntjes te kleuren. Het schrikbewind van mijn zieke vader en gelovige moeder ben ik zelf gaan voeren.›. Als ze stil en stokstijf op de bank ligt treft me de inperkende invloed van het strenge geweten op haar dagelijks bestaan, de machteloosheid te leven met een wrede innerlijke instantie waar voor haar — maar ook voor mij — soms nauwelijks tegenop te boksen is. Op naar de Rode Hoed om wijzer te worden over dit thema! Frans Schalkwijk opende de dag met zijn voordracht Het geweten als psychische functie: lust of last? waarin het geweten verwijst naar de psychische functie die tot stand komt in het samenspel tussen zelfbewuste emoties als schaamte en schuld, het vermogen empathisch te zijn en moreel te redeneren. Schalkwijk schetste de ontwikkeling van het geweten van baby tot volwassene, beschreef hoe het geweten werkt — en soms ook niet werkt — aan de hand van voorbeelden uit de spreekkamer, zoals de man die het schilderijtje in de kamer van zijn analyticus recht hing. Belangrijk is om ons te realiseren dat een pijnlijk schaamtegevoel afgeweerd kan worden door schuld wat makkelijker te verdragen zou zijn en een schuldig geweten heeft geen aanklager nodig, het keert zich tegen de persoon zelf in het lijden onder het eigen beschuldigende geweten. De take home message in de lezing Al is de leugen nog zo snel … van Jos van Mosel is kort en krachtig: ‹Liegen doe je niet in je eentje!›. In zijn doorwrochte en humoristische betoog maakte hij duidelijk dat liegen altijd een relationeel aspect in zich heeft. Vanuit kleiniaans object-relationeel perspectief kunnen we begrijpen dat de leugen onderdeel uitmaakt van het reguleren van afstand en nabijheid waarin het gaat om het streven naar contact en de bescherming tegen overweldiging in de interactie. In de analyse communiceert de patiënt de aard van zijn vroege objectrelaties en als daar leugenachtigheid in zat, kan het niet anders dan dat die onwaarachtigheid zich in de analyse manifesteert. De ervaringen uit de vroege object-relatie waar (nog) geen woorden voor gevonden kunnen worden zullen immers opnieuw geënsceneerd worden in het hier-en-nu tussen analyticus en patiënt en zo kan de leugen een vorm van (onbewuste) communicatie zijn. Na de koffiepauze hield Greet Vanaerschot een lezing met de titel Als het geweten een innerlijke criticus wordt en zij beschouwt dit thema binnen de cliëntgerichte experiëntiële psychotherapie. De innerlijke criticus is een verstard systeem dat vrijwel volledig opgebouwd is uit waardecondities die overgenomen zijn van anderen waarin de sociale realiteit overheerst en het eigen intuïtieve aanvoelen naar de achtergrond is verdrongen. Wat in de kindertijd een functionele wijze was om te kunnen omgaan met onverdraaglijke emoties, wordt later een last in de zin van het overmatig aanpassen, afhankelijk zijn van goedkeuring van anderen en overgevoelig zijn voor kritiek. Therapie kan eruit bestaan dat erkenning, empathie en acceptatie ervoor kunnen zorgen dat de innerlijke criticus zich kan ‹ontspannen› en er een flexibeler zelfproces kan ontstaan. Vanuit het analytisch denkkader zou ik willen toevoegen dat het (de)identificeren van de innerlijke criticus voelbaar wordt in de overdracht waarbij projecties bewust worden en verandering mogelijk is. Simon van der Spek hielp ons om over de ‹after lunch dip› heen te komen met gefantaseerde energizers en door zijn mooie bijdrage Gegijzeld door dwangdenken, innerlijke onvrijheid en grootheidsfantasieën, geïllustreerd met drie aansprekende vignetten. Van de Spek liet het geweten aan bod komen dat niet in staat is de egofuncties te sturen, het kwellend zelf bestraffende geweten, het rigide dwangmatige geweten wat een grote beperking van het ego betekent, een lacunair geweten met ontremming en een geweten vol grootheid die het ego een geïdealiseerde wereld voorspiegelt. Ga er maar aan staan als therapeut. Gelukkig bepleitte hij als werkzame factoren speelsheid en humor in de therapie. Willem Heuves nam ons mee in de ontwikkeling van het geweten van adolescenten met zijn bijdrage Oh sorry, helemaal vergeten waarbij hij zich overigens meer zorgen maakt over pubers die niet liegen. Hij schetste de pubertijd als breuklijn op cognitief, narcistisch en seksueel vlak waarin alles minder vanzelfsprekend wordt, verschillen voelbaarder worden, jongeren zich meer aan de peergroup gaan ijken dan aan de ouders en het vermogen abstract te denken groter wordt. Schaamte is in deze fase het leidende gevoel wat beschermt en vaak vermeden wordt door een ander de schuld te geven. Qua behandeling zegt Heuves alles te kunnen vergeten wat je als therapeut geleerd hebt. Zo moet je geen stiltes laten vallen en tachtig procent van de tijd zelf aan het woord zijn. Hij kan daarbij aanbevelen jezelf functioneel in te brengen en interventies via de band neer te leggen onder andere door een derde te introduceren. Na de thee bracht Nelleke Nicolai een mooie lezing De dader zit van binnen met een indrukwekkende casusbeschrijving van Benthe waarin we hoorden wat er gebeurt als de schaduw van het object over het ik valt. De interne saboteur wordt object-relationeel gezien door projectieve identificatie gecommuniceerd en het is belangrijk dat het interne daderdeel in de kamer komt zodra er voldoende veiligheid is, wat betekent dat eerst de weerstand bewerkt moet worden, zodat de splijtingen opgeheven en afgesplitste delen geïntegreerd kunnen worden. Dan valt er te leven met het besef ‹Zo ben ik ook› zonder ermee samen te vallen en hoeft het niet weg gemaakt te worden en in bevroren toestand onbewust zijn uitweg te vinden. En ook Nicolai beschreef hoe humor de mogelijkheid biedt om op een milde manier de ‹maffe trekken› van jezelf te bezien. Het slot van deze dag hebben we in ‹de negen straatjes› doorgebracht waar voldoende ‹guilty pleasures› waren om ons geweten te versoepelen en met een gerust hart bepakt en bezakt aan het thuisfront te kunnen zeggen naar een inspirerende studiedag te zijn geweest, en dat was niet gelogen!
Verslag van
Het geweten als last [Amsterdam, 31 maart 2017]
© 2009-2024 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden