Waarover men niet spreken kan, daarover moet men schrijven?1
Samenvatting
Wordt de psychoanalytische ruimte door analytici soms niet geclaimd als een van de erg zeldzaam geworden plekken waar nog echt geluisterd wordt? En waar je de tijd krijgt om het meest wezenlijke, het meest fundamentele van je zijn gezegd te krijgen?
Welnu, ik vond onlangs nog zo'n plek.
In een eenmalige, ongemeen boeiende ‹zitting› van vijf uur bij Ruth Joos2 (schrijver) en dichter Stefan Hertmans. Hertmans spreekt even eloquent als hij schrijft. Met een schijnbaar gemak en met grote elegantie walst hij dansend over en rond de grote thema's van het leven (en dus van de psychoanalyse). Een neerslag, zo lijkt het, van allicht zo'n veertig jaar zoeken en denken en schrijven over liefde, seksualiteit, lijden, afgunst, eenzaamheid, dood, over leegte, het transcendente gat en de gang naar spiritualiteit, over schoonheid en kunst, over (huids)kleur ook en over de waan van de dag, over zwakte, ademnood en taai doorgaan … Daarbij lijkt Hertmans zijn gedachten boven zijn eigen leven te laten uitstijgen, voorbij deze tijd, naar vroegere en ook in de toekomst nog opgesloten tijden.
Dit gesproken interview naar het format van het Abécédaire van de Franse filosoof Gilles Deleuze3 leek hem spannender, meer verrassing belovend, dan een geschreven interview. En inderdaad wist Ruth Joos met haar spaarzame, zorgvuldig gekozen tussenkomsten — hier en daar een woord, een gedachte, een gevoel onderstrepend, een komma, een vraagteken plaatsend — de gedachtestroom van Hertmans nét even die onverwachte, niet geplande route te laten inslaan. Zoals een analyticus met zijn aanwezigheid de uit de ondergrondse humus opborrelende associatieketting van zijn analysant vooral niet wil verstoren, veeleer aanmoedigen, spiegelen, verdiepen.
Onder de M van meester vertelt Hertmans hoe hij als beginnend leraar ‹plat lag van bewondering en frustratie› voor een oudere collega: ‹Ik wilde dat kunnen, dat je het klaslokaal binnenkomt zonder voorbereiding en dat je zoveel weet en kent en dat met zoveel liefde doordrilt, dat je die hoorn des overvloeds met heel je hart kunt uitgieten over je leerlingen›. Hertmans' hoorn lijkt ondertussen tot een bijna testamentair denken uitgegroeid. Deleuze, zo leerde ik later, zette zijn Abécédaire in met het voornemen er alleen die dingen in te willen zeggen die er na zijn dood nog toe zouden doen. Wat hem in een état de pur esprit bracht: ‹Je parle de après ma mort›. Schalks-sardonisch voegde Deleuze eraan toe dat een geest, zoals we weten, niet altijd intelligente en diepgaande antwoorden op vragen geeft.
Bij de D van dood zegt Hertmans dat je je eigen dood niet kunt ervaren. We kunnen alleen de dood van de ander ontmoeten en daardoor leren wat het is om dood te zijn, ook al kunnen we niet begrijpen dat ons leven ophoudt. We trainen ons in voorbereiding op het grote afscheid via de vele kleine en grote verliezen in ons leven, de koele meren des doods stijgen onafwendbaar naarmate we ouder worden. Zo leven we om uiteindelijk te kunnen sterven.
Maar voor het verdwijnen in dat vreemde grote witte, ijle vierkant in het schilderij van Raveel (Dewulf), valt in het leven aan deze kant van de dood nog veel te zien en te beleven. Niets van de onvermijdelijke bitterheid van het bestaan (Flaubert) bij Hertmans te bespeuren. Een graai uit zijn grote schaal vol gedachten en beschouwingen. Er is de troost van de schoonheid, de diep in de ziel borende schoonheidsbeleving van muziek bijvoorbeeld, mondjesmaat ingenomen zoals je water drinkt in de woestijn. Of de troost van een bijna fotografisch oog dat — het wonder hoe de zichtbaarheid zichtbaar wordt — zonder ophouden elke dag opnieuw beelden met kleur en diepte creëert: een lichtinval op een pleintje, of het lichaam van de ander dat verschilt van het onze. ‹Zijn we in deze vreemde tijden bang geworden van het verschil?› vraagt Hertmans zich af. Het verschil tussen man en vrouw, het verschil in huidskleur. Zonder verschil, zonder anders zijn, geen spanning.
Spanning ook tussen de nood aan afzondering (zie A) en het verlangen naar, de behoefte aan een liefdesrelatie (zie L). In die donkere, warme, intieme ruimte van de liefde ben je niet zo alleen als je denkt. Maar tegelijkertijd moet je beseffen dat je uiteindelijk ultiem alleen bent en dat je van de ander moet houden, omdat je weet dat hij zich ook de eigen eenzaamheid kan indenken.
‹En laten we aan pijnvermindering doen›, zegt Hertmans, ‹leed van anderen lenigen waar we kunnen›. ‹Want het leven is niet gemakkelijk›. ‹Is er een wereld denkbaar waarin alles goed komt?› vraagt Ruth Joos. Maar wat zou een wereld zijn waarin alles goed is? Een wereld waarin we ons doodvervelen? Een wereld waarin we die duistere kant in onszelf helemaal niet hebben? We kunnen onze libidineuze structuur niet wegdenken. We zijn gemaakt van licht en duisternis, van goed en kwaad.
Laten we ook maar niet denken dat we in bijzondere tijden (T) leven. Het gaat al eeuwen heel heftig. En dat die Utopia er maar nooit komt, zo beklemmend.
Is Stefan Hertmans de schrijver die iets te zeggen heeft? Of is hij — ook en tegelijkertijd — de schrijver en dichter van Blanchot, hij die met de vertwijfelende paradox zit te schrijven en te dichten om het niets te zeggen, en die vanuit de onmogelijke toestand van iemand die zich in een gebied bevindt dat ver buiten het zegbare ligt, toch, van daaruit, de dwingende behoefte voelt om te spreken, aldoor te spreken om niets (De Martelaere 1993)? ‹Laten we Das Offene maar openhouden›, zegt Hertmans op het einde van het interview. En laat mij hiermee maar proberen mijn stukje in schoonheid neer te leggen (zie C van credo).
Literatuur
- De Martelaere, P (1993). Een verlangen naar ontroostbaarheid. Amsterdam: Meulenhof/ Kritak.
Noten
- 1.Een citaat, in een variant op Wittgenstein, van Patricia de Martelaere op wiens overlijden Stefan Hertmans — zo zegt hij bij de D van dood — niet was voorbereid.
- 2.Van A tot Z, oktober 2017, een initiatief van Klara en vrt.nu.
- 3.Gilles Deleuze (1925-1995) weigerde zijn medewerking te verlenen aan televisieprogramma's waarin interviews verknipt en gemonteerd worden volgens de grillen van de regisseur. Hij maakte hierop één enkele uitzondering op voorwaarde dat een pure, niet gecensureerde registratie van een echt gesprek tussen hem en een van zijn oud-studentes weerhouden zou worden, en pas gebruikt na zijn dood. Daarin kwamen 25 thema's aan bod, elk beginnend met een andere letter van het Franse alfabet.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden