MENU
  • Home
  • Actueel
    • Nieuws
    • Agenda
  • Inhoud
    • Laatste nummer
    • Archief
    • Rubrieken
    • Redactioneel
    • Artikel
    • Boekessay
    • Naast de bank
    • Scènes
    • Histories
    • Verslagen
    • Boeken
  • Auteurs
    • Overzicht auteurs
    • Auteursrichtlijnen
    • Artikel indienen
    • Gebruik van artikelen
  • Abonnementen
    • Abonnement aanvragen
    • Proefabonnement
    • Voorwaarden en wijzigingen
  • Over TvPa
    • Redactie
    • Adverteren
    • Open Access
    • Links
    • Contact
  • Reacties
    • Van lezers
Inloggen
Inhoud
Inhoudsopgave jaargang 26 (2020) / nummer 2
PDF  

De Blikken dominee: door taal gegrepen of gevangen?

Romana Goedendorp
12 juni 2025

Samenvatting

Dit populaire straatlied uit 1894 gaat over dominee Johan Barger uit Harlingen (spottend ‹Blikken/nep› dominee genoemd) die de 23-jarige Catharina ‹Cato› Mirande, op gruwelijke wijze om het leven heeft gebracht.

‹Ta-ra-ra Boem-di-ee
De blikken dominee
Die schoot met kruit en lood
Zijn arme naaister dood [...]›

Het is een misdaad die de gemoederen in die tijd bezighield. Zoals officier van justitie, Mr. H.Th. Westenterp verwoordt tijdens de rechtszitting in Leeuwarden op 26 mei 1894:

‹Als er iemand voor ons staat uit de laagste lagen van de maatschappij — zonder opvoeding en zonder leiding […] dan laten hun handelingen zich begrijpen […] Maar als gij een man voor u ziet die — door talent en door ontwikkeling — door verstand en door betrekking — door ambt en door waardigheid — behoort tot de eersten onder zijn medeburgers […] en die man begaat een moord — […] dan kan ik voor zulk een man geen enkele grond aangeven die tot medelijden met hem moet stemmen› (Vuyk 2011).

Interessant element in deze geschiedenis is de rol die het dagboek heeft gespeeld bij het proces (cf. de zaak Lucia de B. uit 2003). Daaraan vertrouwde hij gedachten en fantasieën sinds zijn studententijd toe. Als leerling en groot bewonderaar van dominee J.J.L. ten Kate was hij op het idee gebracht om een dagboek bij te houden. Ten Kate zou hem hierover geadviseerd hebben: ‹Het is een goed idee, maar als gij het doet, wees dan daarin altijd waar›.

Psychiatrisch onderzoek werd in die tijd niet uitgevoerd, maar zou in deze zaak mogelijk antwoord kunnen geven op de vraag van de officier van justitie. Wat echter telde was de daad in kwestie: ging het om een moord met voorbedachten rade of was er sprake van doodslag?

Een terugblik: In 1888 wordt Johan Barger (34 jaar), beroepen bij de Hervormde kerk in Harlingen, waar hij kennismaakt met winkeliersdochter Cato (17 jaar), die catechisatieles van hem krijgt. Ze raakt bevriend met zijn echtgenote Eilke en komt bij het domineesechtpaar als huisnaaister in dienst. Zo nu en dan roept Johan Cato bij zich in de studeerkamer om haar ‹zedigheid bij te brengen›. En zo ontstaat er een intieme verhouding met het jonge meisje. In zijn dagboek beschrijft Johan de geheime ontmoetingen, maar ook de felle discussies met Cato, de manier waarop hij het meisje onderwerpt aan zijn verlangens, veelal met geweld, vooral als zij zich ‹koel› toont. Cato gaat ook met andere mannen uit, wat Johan nog meer aanzet tot de neiging de regie over haar leven te willen nemen. Zo schrijft hij op 6 december 1893:

‹Cato vertelde dat zij de vorige avond een geschenk van iemand had gekregen, die daarbij tevens een huwelijksaanzoek deed. Haar vader had daarop een ontwijkend antwoord geschreven, dat zij mij liet lezen. Ik kon mij met dit schrijven niet verenigen en verscheurde het. Ik zei: Ik zal wel een ander voor je schrijven. Ik heb toen een geheel afwijzende brief geschreven, die Cato na heeft geschreven› (Vuyk 2011).

De relatie verslechtert, met als dieptepunt de avond van 30 januari 1894 waarop Johan samen met zijn vrouw te gast is bij een feestje van Cato's oom. Cato treedt daarbij op in een toneelstukje, waarvoor zij zich op de benedenverdieping moet verkleden. Johan, die weet dat er ook jonge mannen op het feestje zijn uitgenodigd, voorziet grote problemen en bespreekt van tevoren de situatie met haar. Ze belooft hem dat als ze zich gaat verkleden, de heren blijven zitten.

Als zij die avond naar beneden gaat en er toch jonge mannen met haar mee gaan, raakt Johan buiten zinnen van woede en schreeuwt hij dat hij niet langer kan blijven in het ‹huis van ontucht›. De gastheer, beledigd, stuurt het domineesechtpaar weg. Cato wordt stevig onder handen genomen en moet ieder contact met Johan Barger verbreken. Het meisje gehoorzaamt, tot woede en wanhoop van Johan. Excuusbrieven die hij aan de Mirandes schrijft blijven onbeantwoord. In de leegte die ontstaat verliest hij zichzelf steeds meer in de drank en in zijn fantasieën. Op 18 februari 1894 schrijft hij in zijn dagboek:

‹Op heden, 19e wanhoopsdag, neem ik het vaste besluit: 1e. mij van Cato afzetten (innerlijk). 2e. Eilke in contact met Cato doen blijven. 3e. vóór december '95 (te weten 31 december) zal ik Cato met een revolver vlak tegen haar hoofdslaap te pletter hebben geschoten […] Maar dood zal ze, al moest ik dan ook in stukken gescheurd worden 3 minuten of een halve minuut erna door haar vader› (Vuyk 2011).

Later verklaart hij dat hij niet echt van plan was het meisje om te brengen, maar dat het dronkenmansgedachten waren.

4 maart 1894 blijkt een beladen moment voor Johan en Cato te zijn. Hij heeft een dolk onder zijn toga verstopt: ‹Ik was van plan de Bijbel naar beneden te werpen en mijzelf met de dolk dood te steken›, zo verklaart hij later. Wat hem van deze daad weerhoudt is de aanwezigheid van Cato. Ze zit achter in de kerk, hetgeen hem nieuwe hoop geeft. Johan laat Cato via zijn vrouw nog eenmaal naar de pastorie komen ‹voor een laatste ontmoeting tot afscheid›. Op 6 maart 1894 brengt Eilke Cato inderdaad mee naar de pastorie. Zij weet niet dat haar man intussen twee geladen revolvers in zijn studeerkamer gereed heeft liggen. Volgens zijn verklaring vraagt hij, als het meisje bij hem in de voorkamer staat: ‹Cato, moet het nu echt uit zijn tussen ons?›, waarop zij antwoordt: ‹Daar zal ik mij op bedenken›. Woedend schiet hij daarop vier kogels door haar hoofd.

Zijn advocaat, mr. W.B. Buma, bestrijdt dat het gaat om moord met voorbedachten rade. Zijn betoog:

‹Toen ik al mijn aantekeningen verzamelde vond ik vier positieve [sic] eigenschappen — egoïsme in de hoogste mate, zelfverafgoding, hysterie en drankzucht — en als negatief gedeelte een totaal gemis aan enige wilskracht om deze vier eigenschappen te bestrijden. Als was nu het idee van de moord een enkele maal ernstig bij hem opgekomen, dan is hij nog geen man om tot de daad in koelen bloede over te gaan. Hij mist de wilskracht om enige invloed op zijn lot uit te oefenen. Zo ook hier […]›.

Johan Barger wordt op 25 juli 1894 veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf. Op 46-jarige leeftijd overlijdt hij aan de gevolgen van een longziekte in gevangenis de Blokhuispoort in Leeuwarden.

Wat opvalt in deze geschiedenis is de rol die taal als middel om grip en invloed te hebben op de werkelijkheid speelt bij Johan Barger. Was deze vermeende grip op taal slechts een illusie?

Noot

Zie voor een reactie op deze bijdrage Sjef Houppermans (2020). Machtsspel via taal. In dit nummer, p. 159 e.v.

Vorige Inhoudsopgave Volgende
Twitter Facebook Linkedin
Delen Print PDF

Literatuur

  • Vuyk, S. (2011). De blikken dominee: Een verboden liefdesaffaire die eindigde in moord. Leeuwarden: Friese Pers Boekerij BV.

© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x


De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:


Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912. Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).

No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.

Jaargang 31, nr. 1, maart 2025

Neem een ABONNEMENT Laatste editie Archief

Nieuwsbrief Boom Psychologie

Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.

Aanmelden

Boeken

Diagnostiek in de praktijk
Frans Schalkwijk
€ 39,50
Meer informatie
Positieve psychologie - De toepassingen
Fredrike Bannink
€ 24,95
Meer informatie

Privacy policy

Algemene voorwaarden

© 2009-2025
Boom uitgevers Amsterdam

Redactieadres

Romana Goedendorp

Miquelstraat 131

2522 KN  Den Haag
tvpsychoanalyse@gmail.com

Klantenservice

Boom uitgevers Amsterdam B.V.

Postbus 15970

1001 NL Amsterdam

Nederland

088-0301000

klantenservice@boom.nl