Wandelen door het woud van verlangen
Samenvatting
Lacan's logic of subjectivity gaat over een centraal idee in het onderwijs van Jacques Lacan waaraan hij gedurende twee jaar tijdens zijn Séminaire heeft gewerkt. Het betreft het grafeem1 van het verlangen (le graphe du désir). Volgens Mattias Desmet is dit de eerste keer in de geschiedenis van de westerse wetenschap dat een wiskundig model wordt gelanceerd voor het verschijnsel dat het dichtst bij ons staat: de subjectieve ervaring.
Bespreking van
Mattias Desmet (2019). Lacan's logic of subjectivity — A walk on the graph of desire. Gent: Owl Press. ISBN 978 90 8931 9197, 484 pp., € 40,00
In twee Séminaires uit een serie van 27 heeft Lacan het model van het grafeem ontwikkeld. Het betreffen het vijfde, Les formations de l'inconscient (1957-1958), en het zesde, Le désir et son interpretation (1958-1959). De uiteenzetting begint met een relatief eenvoudig schema, maar mondt uit in een vrij gecompliceerd construct met lagen en verknopingen. Het grafeem verwijst naar de grafeemtheorie, een onderdeel van de wiskunde dat gaat over de voorstelling van structurele relaties tussen entiteiten. Bij Lacan zijn de knooppunten in de relaties psychische entiteiten en de onderliggende verbindingen worden voorgesteld met pijlen of vectoren. De knooppunten verwijzen naar de volgende entiteiten: het ik (m[oi]), de Ander (A[utre]), het verlangen van de Ander (d[ésir]) en het seksueel fantasma ($poinçon a). In dit laatste knooppunt stelt S het gedeelde subject voor, poinçon is een teken voor het fantasma en a het imaginaire object van verlangen, het vermaarde object kleine a. In het aanvankelijk eenvoudige schema laat Lacan zien hoe betekenis ontstaat. Bij de uitdrukking van het verlangen van het subject wordt de amorfe massa van betekenaars (woorden) doorkruist en ontstaat er een fixatiepunt (point de capiton), voorlopig althans, want één betekenaar genereert nog geen betekenis; er zijn op zijn minst twee betekenaars nodig om betekenis op te roepen. Volgens de logica van Lacan komt hier duidelijk naar voren dat het subject bij het uitdrukken van zijn verlangen een gedeeld subject ($) is omdat zijn verlangen nooit samenvalt met de woorden die hij gebruikt. Woorden en dingen zijn essentieel gescheiden zaken. Het verlangen drijft het subject voort om te blijven spreken, maar wat hij uiteindelijk zegt ontsnapt hem. Hij heeft geen grip op wat hij zegt want zijn spreken is gericht op de Ander, de Ander van wie de betekenis komt.
Dit oorspronkelijk grafeem kan natuurlijk niet zo eenvoudig blijven, want de structuur van het subject herhaalt zich op meerdere niveaus, waardoor er meer knopen bijkomen. De gebeurtenissen in iemands leven bepalen de structuur van iedere onmiddellijke ervaring en dragen bij tot een unieke constitutie van het subject.
Desmet bouwt in Lacan's logic of subjectivity stap voor stap het grafeem op tot drie lagen en telkens laat hij zien hoe die lagen zijn gekoppeld aan het Imaginaire (de wereld van de waarneming en de verbeelding, inclusief die van de wetenschap), het Symbolische (de wereld van de taal waar nooit het doel wordt getroffen) en het Reële (datgene wat we in feite niet (kunnen) kennen). Wij ondergaan een lucide moment met een cascade van impressies die ontstaan zoals bij het zien van kleuren wanneer een lichtstraal een diamant passeert. Zo stelt de auteur ons de ervaring voor die optreedt bij het intensief bestuderen van het grafeem. Desmet laat het niet alleen bij een abstracte uiteenzetting van het grafeem van verlangen, maar verbindt deze ook met de psychoanalytische praktijk. Verbatim verslagen worden in detail verbonden met de onderscheiden knooppunten en vectoren van het grafeem. Zij vormen het empirisch materiaal om de theorie mee te illustreren. Praktijk en theorie zullen elkaar beïnvloeden maar nooit helemaal met elkaar samenvallen. De auteur is niet afkerig van empirisch onderzoek zoals bij nogal wat lacanianen het geval is, maar hij weet wel dat er een onmogelijkheid in het spel is. Dat ziet hij echter eerder als een uitdaging.
Wanneer het gaat om wetenschap en empirisch onderzoek in de psychoanalyse, pleit Desmet voor een interactie tussen theorie en praktijk waar de kaarten nog lang niet zijn geschud. Een wederzijdse welwillendheid van theoretici en mensen uit de praktijk kan voor beide partijen iets opleveren. Juist het fundamentele verschil tussen praktijk en theorie kan iets opleveren wat betekenis genereert. De verbatim verslagen die in dit boek naar voren worden gebracht kunnen de lezer in staat stellen zelf te oordelen in hoeverre het spreken effect heeft op het subject en wat de relevantie en het effect van interpretaties is.
Mattias Desmet heeft met Lacan's logic of subjectivity een topprestatie geleverd, niet alleen door het complexe grafeem van verlangen helder uiteen te zetten, maar ook door de weg naar empirisch onderzoek open te houden. Zijn verschillende parcoursen door het grafeem van verlangen heen stellen de lezer in staat zelf aan de hand van het integraal overzicht een coherent beeld te krijgen van een gecompliceerde maar uitdagende theorie van Lacan. Deze parcoursen leveren altijd nieuwe perspectieven op zowel voor het subject als voor de wetenschap in een bredere context. Om die reden alleen al zou men kunnen zeggen dat de aanname dat psychoanalyse en wetenschap elkaar uitsluiten, een vormfout is.
Dit boek is vooral interessant voor lacanianen, maar lezers die houden van logica en wiskundige modellen hoeven niet achter te blijven.
Noot
- 1.Grafeem komt van het Griekse γραϕειν; schrijven; het betekent schriftteken, trek met een bepaalde betekenis. In Nederlandse teksten wordt ook wel de term ‹graaf› gebruikt. Fr., graphe; Eng., graph.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden