De Kesel over economie
Samenvatting
De buitenstaander verwacht dat de psychoanalyse deel uitmaakt van het complex van wetenschappen. Het in één adem noemen van Karl Marx (1818-1883), Sigmund Freud (1856-1939) en Albert Einstein (1879-1955) is voor hem niet vreemd. Toch wordt deze verwachting in de beschouwing van dr. M. De Kesel beschaamd. Begrippen worden gehanteerd zonder omschrijving, een heldere probleemstelling ontbreekt, analyse wijkt zonder aankondiging voor ideologie en samenhang van uitgangspunten en uitspraken wordt niet aangetroffen.
In het voetspoor van Freud lijkt De Kesel een brug te willen slaan van psychoanalyse naar economie. Hij doet dit door het woord ‹lusteconomie› in te voeren, dat zonder nadere toelichting wordt gebezigd. De dynamiek van het psychische apparaat is in zijn ogen gericht op het genereren van winst, lustwinst. Wat moet ik mij hierbij als vreemde in de psychische bijt voorstellen?
In de praktijk van het economisch leven neemt men waar dat individuen, bijvoorbeeld in hun rol van ondernemer, streven naar het maken van winst. Ter verklaring van hun gedrag wordt soms de hypothese ingevoerd dat ondernemingen streven naar het maximeren van winst. In een eng kader gaat het dan om financiële winst. Het is niet zo dat de economie als wetenschap dat gedrag voorschrijft. Allereerst kunnen ondernemers behalve naar geldelijke winst op korte termijn ook streven naar het verstevigen van hun marktpositie à la longue. Daarbij kan het verbeteren van producten en diensten, bijvoorbeeld uit een oogpunt van duurzaamheid, een zelfstandig oogmerk van het beleid zijn. De economische theorie biedt dan ook het ruimere kader waarin het bonte patroon van gedragingen van individuen, die in het economisch leven rollen spelen als ondernemer, werknemer of consument, een plaats hebben. De economische theorie gaat niet uit van een bepaald mensbeeld of van bepaalde psychische karakteristieken van gedrag, zoals egoïsme, doch omvat alle handelingen die een reactie op de schaarste, het eeuwige tekort van middelen ten opzichte van behoeften, behelzen. Welvaart heeft in de economische theorie dan ook betrekking op het bevredigen van behoeften van mensen van nu en van straks, waar ook ter wereld. Dit proces van behoeftebevrediging stuit op de schaarste van productiemiddelen die de mensen noopt tot afwegen en kiezen. Afwegen en kiezen zijn zaken van de mensen, niet van de wetenschap. Het welvaartsbegrip is ‹formeel›, dat wil zeggen, alles hoort ertoe dat er geacht wordt toe te behoren, van boter, kaas en eieren tot het behoud van natuur, milieu en cultuur. Het begrip is ‹subjectief›, dat wil zeggen, de inhoud wordt bepaald door de subjectieve voorkeuren van de individuen. Kortom, de economie als wetenschap staat open voor de psychische pluriformiteit die men in de werkelijkheid aantreft en die alleen wordt versluierd door het feitelijke gedrag van sommige individuen, in sommige situaties en rollen, die bijvoorbeeld worden gedreven door het accumuleren van geldkapitaal. Voor zover De Kesel als filosoof zijn voorstelling van economie heeft ingesnoerd tot dit gedrag is hij op een dwaalspoor geraakt. De lustwinst is gewoon het subjectieve nut dat de mensen ontlenen aan het bevredigen van behoeften. Dat ‹[…] in het domein van de onbewuste voorstellingen een economie plaatsvindt die niet geheel conform is aan de logica waar de levensfuncties naar luisteren› is voor mij een voorbeeld van een onwetenschappelijke zin, waaraan ik geen redelijk touw kan vastknopen. Wellicht bedoelt De Kesel dat achter het subjectieve nut, zijn lustwinst, schuilgaat een onherbergzaam paradijs aan motieven, prikkels, drijfveren, emoties en onbestemde kwetsuren, die ieder voor zich en in hun interactie het domein van de psychoanalyse uitmaken. Dat terrein belasten met begrippen als ‹economie›, ‹lusteconomie› en ‹lustwinst› werkt veeleer verwarrend dan verhelderend. De Kesel maakt het er niet eenvoudiger op door plotsklaps de term ‹lustwinst› los te koppelen van het bevredigen van behoeften en te bezigen voor wat ‹bovenop die behoeftebevrediging wordt gewonnen›. Misschien heeft hij het oog op een psychische categorie, die het bevredigen van behoeften aan voedsel en een muziekuitvoering associeert met weelderige fantasieën, waanvoorstellingen en utopische vergezichten. Of dan sprake is van lust of onlust onttrekt zich aan mijn competentie, maar om bij voorbaat over winst als economische categorie te spreken lijkt mij een overbodige brug te ver en geen bouwsteen voor een beschrijving van hoe het er in onze ‹gewone› economie toegaat.
De Kesel brengt slechts één uniek goed ter sprake, namelijk een schilderij van Van Gogh. Laat dat nu precies een voorbeeld zijn van een niet-reproduceerbaar goed. Als het verloren gaat, wordt het niet opnieuw voortgebracht. Er zijn geen reproductiekosten, zoals wel het geval is met Coca-Cola. De reproductiekosten van de cola weerspiegelen een objectieve prijsindicatie die losstaat van de toevallige marktprijs. Met Van Gogh is het anders. Er is geen objectieve prijsindicatie. Zoals David Ricardo (1772-1823) reeds opmerkte hangt de prijs op een bepaald moment af van wat een gek ervoor geeft. Woorden als ‹fictie› en ‹reëel› hebben in dit verband geen enkele betekenis. Als Bill Gates vijftig miljoen dollar betaalt voor een manuscript van Leonardo da Vinci is dat voor De Kesel een fictief en voor Gates een reëel bedrag en voor De Kesel is het bezit fictief en voor Gates reëel. Over smaak valt echter niet te twisten. Jaren geleden trakteerde de directeur van de Rotterdamse haven en rabbijn dr. J.E. Vleeschhouwer mij op de diepe wijsheid: ‹De grootste abstractie die de mensheid heeft ingevoerd is de uitvinding van het geld.› Immers, door het bezigen van geld zien wij af van waar het werkelijk om gaat, het nut dat de dingen stichten en de inspanning en vreugde die het voortbrengen van goederen met zich brengt. Wie bij het geld blijft staan, eindigt bij de accountant. Wie achter de sluier van het geld kijkt, eindigt bij de psychiater. De eerste blijft staan bij de financiële economie, de tweede doet aan echte economie, zonder de grens met de psychologie te overschrijden.
Dat het Ik in de lusteconomie de rol speelt van de bank in een kapitalistische economie is moeilijk te vatten. De rol van de bank is onderworpen aan een dynamische ontwikkeling met heel andere karakteristieken dan de psychische identiteit. Voor een filosoof is De Kesels zin ‹Als iemand het over zichzelf heeft, is diegene die spreekt niet dezelfde als diegene over wie hij spreekt› misschien te begrijpen, maar ik kon er na herhaalde lezing niet mee uit de voeten. Niettemin blijf ik aannemen dat Freud een genie was.
Een reactie op dit commentaar is te vinden op p. 215.
© 2009-2025 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden