Een duik in het diepe
Samenvatting
Afgelopen zomer heeft de vierde editie van de Summer University Psychoanalyse plaatsgevonden in Amsterdam. Sascha de Reuver opent de week met een enthousiaste lezing waarin ze psychoanalyse vergelijkt met diepzeeduiken: het ontdekken van een nog onbekende wereld. Deze week, het leren over psychoanalyse, ervaren wij ook als een diepe duik in een wereld vol (voor ons) nieuwe theorieën, concepten en manieren van denken. In dit verslag nemen we jullie graag mee in hoe wij deze duik hebben ervaren: vol mooie en inspirerende momenten, waarbij we tegen het eind éven het gevoel hadden dat we niet meer boven zouden komen.
Verslag van
Summer University 2017 [Amsterdam, 3-7 juli 2017]
In het begin van de week weet Muriel Vermeulen ons te raken tijdens haar lezing over Infant Mental Health (IMH). Ze laat ons het ontroerende filmpje uit The Story of the Weeping Camel zien. Hierin zien we een groep herders uit Mongolië, die door middel van zang en strijkmuziek de band tussen een kameel en haar jong weten te herstellen. Het ritueel brengt het verstoten jong en de moeder weer samen, en wanneer het jong uiteindelijk bij zijn moeder drinkt, huilt de kameel. Muriel Vermeulen omschrijft dit als een metafoor voor het bij elkaar brengen van ouder en kind door een IMH-behandeling. In het filmpje is te zien hoe de andere kamelen en dorpsgenoten letterlijk in een kring om de kameel en het jong heen staan tijdens het ritueel, waar in de IMH-behandeling het team betrokken is en figuurlijk om moeder en kind heen staan. Zo ontroerend dit begin is, zo pijnlijk is het bekijken van het volgende filmpje, waar het still face experiment wordt getoond. De baby die overstuur en verward op de emotionele afwezigheid van moeder reageert, zorgt voor een knoop in onze maag.
Bij de lezing van Elke Teeuwen, kinderanalytica, krijgen we weer wat lucht. Zij leert ons op een nieuwe manier naar dromen te kijken. We ontdekken dat het bespreken van dromen een cadeautje kan zijn, omdat het een diepgang aan de therapie kan geven die soms moeilijk te bewerkstelligen is. We leren hoe belangrijk het is om bij een droom ontvankelijk te zijn voor de associaties die bij therapeut en cliënt opkomen, zonder die te veel in te willen vullen. We oefenen hier ter plekke mee, dankzij een dappere cursist die haar eigen droom inbrengt.
We merken dat datgene wat we leren ons soms persoonlijk ineens erg kan raken. Zo illustreert Rob Wille zijn lezing met een metafoor. Hij legt uit dat het in therapie en analyse altijd een soort duwen en trekken is tussen analyticus en analysant. Er moet spanning aanwezig zijn, zoals bij een gespannen elastiek. Juist door deze spanning in het contact kunnen nieuwe gevoelens ontstaan. Als deze spanning weg is, als het elastiek slap hangt, dan loopt de therapie dood, dan is er een ‹gewone› sociale relatie ontstaan. Juist op dit moment ontstaat er ook een spanning tussen Rob Wille en participanten in de zaal. Dit betreft een soort verontwaardiging en een behoefte van ons, beginnelingen, om niet constant spanning te hoeven verdragen, of het nu is in onze rol als therapeut of als cliënt.
Een ander moment waarop de thema's voelbaar worden in de zaal is tijdens de lezing van Merle Heinemeijer, die gaat over intimiteit in de relatie tussen analytica en analysant. Naast, of wellicht juist dóórdat zij over dit onderwerp heel open weet te vertellen, creëert ze op een bewonderingswaardige wijze een intiem contact tussen zichzelf en ons als luisteraar.
Ondertussen legt Edwin Bouman tijdens zijn parallellezing in de andere zaal uit hoe humor in de behandelkamer tot intimiteit kan leiden. Humor kan het contact verdiepen en interpretaties mogelijk maken die zonder dit ingrediënt te pijnlijk zouden zijn, omdat humor de weerstand kan doen voorkomen. Bovendien geeft de ontlading van het lachen om een grap energie die het anders zou kosten om agressie te onderdrukken. Edwin Bouman geeft echter duidelijk aan dat humor juist ook voor afstand kan zorgen, wanneer het gebruikt wordt in de vorm van afweer. Door inzicht te krijgen in deze uiteenlopende vormen van humor en de (on)wenselijkheid hiervan, betrappen we onszelf erop dat we met terugwerkende kracht in een razend tempo proberen te achterhalen in welke categorie de grappen die in onze eigen spreekkamer zijn gevallen thuishoren.
Humor is deze week niet alleen een inhoudelijk onderwerp op de agenda. We lachen om het verhaal dat de ronde doet over de notities van Frans Schalkwijk voor zijn eigen lezing over de innerlijke criticus, die vol zouden staan met rode strepen en correcties. Er kan ook geregeld gelachen worden tijdens het ‹optreden› waarin Wouter Gomperts, in de rol van zoon van een ‹foute› vader, op de bank ligt bij Arnon Grunberg, in de rol van psychoanalyticus. Het lachen helpt hierbij ook om de plaatsvervangende pijnlijkheid ervan te verdragen. We sluiten ons dan ook geheel aan bij de conclusie van Wouter Gomperts na afloop van het tafereel: ‹Wat fijn om merken dat psychoanalyse toch echt een vak is waar je voor moet leren›.
En wat hebben we veel vragen over het leren van dit vak! Deze kunnen we kwijt tijdens Meeting the analyst, waarbij we op de kamer van een psychoanalyticus, zittend op de bank, een kijkje mogen nemen achter de schermen. Een erg leuke ervaring.
De dagen met lezingen vliegen voorbij. We zijn goed op weg, denken we. Tot de laatste dag, de vrijdag, de dag met Vlaamse sprekers. Rudi Vermote start de dag met een lezing over Bion. Hij omschrijft dat structurele verandering in een analyse plaatsvindt op een dieper niveau dan enkel begrijpen, een niveau dat niet woordelijk is. We leren dat woorden de boodschap juist teniet kunnen doen. Met alleen begrijpen vindt er geen verandering plaats, er is een soort doorwerking nodig waarvoor loslaten juist belangrijk is. Rudi Vermote stelt daarom dat ook wij veel van wat we hebben geleerd mogen vergeten. Hij geeft als voorbeeld dat je hiermee kunt oefenen door niet op één ding te focussen, niet naar de klok te kijken, niet dingen te willen begrijpen. Meer uitdagende lezingen volgen, maar de piek van verdieping wordt bereikt in de laatste lezing door Paul Verhaege. Hij neemt ons mee op een intellectuele reis over vaders, oedipuscomplexen en een veranderende identiteit. Zeer interessant, maar het verdwalen in de theorie ligt op de loer. Waar de lezingen gedurende de week voor veel helderheid en inzichten zorgden, roept deze vooral ook veel vragen bij ons op. We realiseren ons dat er nog een hele hoop te leren valt!
Door de hitte in de zaal, die met het niveau mee lijkt te stijgen, verlangen we naar een biertje in de Gaeper, de stamkroeg van deze week. Nog beduusd en in de war door deze intense laatste dag sluit Marc Hebbrecht de week af. Hij spreekt zijn hoop uit dat er bij ons een kiem van nieuwsgierigheid is gepland. Onze reactie hierop, waarbij de woorden de boodschap hopelijk gewoon laten bestaan, is: zeker weten!
© 2009-2024 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden