Body – affect – representation
Samenvatting
Fascinatie en vervreemding, dat zijn de eerste woorden die bij me opkomen als ik terugdenk aan dit Londense congres. De imposante locatie aan het prachtige Regency Park, het Britse gevoel voor ceremonie, maar vooral het hoge inhoudelijke niveau van de sprekers en de collega's in het publiek hebben een aantrekkende werking. Wat een indrukwekkende ervaring, wat valt hier veel te leren! Op deze plek wil ik wel zijn. Op andere momenten waan ik me een alien die vol verbazing om zich heen kijkt, licht verdwaasd, zich afvragend ‹waar ben ik in vredesnaam beland?›.
Verslag van
Congres British Psychoanalytical Society ‹Psychoanalytic dialogues›
[Newbury, 28-30 september 2018]
Ik registreer met enige verbazing dat termen als ‹borderlineorganisatie›, ‹mentaliseren› of the not knowing stance hier niet gebezigd worden. Voor mij minder vertrouwde, des te intrigerender concepten zoals the negative projection, the dead mother en the primal scene horen duidelijk wél bij het gemeenschappelijke jargon. Het duizelt me … ik wend me, enigszins ontmoedigd, inwendig af. Er valt nog zó veel te leren.
Het besef dat deze ‹overspoeling› van mijn mind gepaard gaat met een lichamelijke ervaring van duizeling, brengt me bij het thema van dit congres, de link tussen bodily en mental experiences. Zoals gespreksleidster Alessandra Lemma toelicht, beschouwen we binnen het psychoanalytische denkkader een gezonde ontwikkeling als lopend van body naar mind. Van rudimentaire somatische ervaringen in de prilste babytijd, naar affects, naar mentale representaties als volwassene. We gebruiken de psychoanalyse om via de mind, waar nodig, weer terug te komen bij preverbale lichamelijke ervaringen en nieuwe, passende representaties te laten ontstaan.
Eerste spreker Donald Campbell beschrijft zo'n proces in de behandeling van vijftienjarige Stan, die bij aanvang van de therapie zijn lichaam inzette om zich te beschermen tegen mentale pijn, door een leeftijdgenoot, nadat deze krenkende opmerkingen maakte, met een hamer op het hoofd te slaan. Gedurende de behandeling lijkt er een ontwikkeling plaats te vinden waarbij Stan de grove motoriek passende bij fysiek geweld, vervangt door de fijne motoriek die nodig is om (agressieve) striptekeningen te maken. In de discussie wordt nagedacht over Stans tekeningen als sublimatie van agressie. En over kunst in het algemeen als preverbale communicatie van primitieve emoties en affect, als een uiting van datgene waar geen woorden voor zijn. Een lid van het publiek merkt op, vrij geciteerd naar filosofe Susanne Langer, dat kunst, zodra die ‹begrepen› kan worden, dood is. Het komt bij me op dat we ons op het grensgebied van psychoanalyse en filosofie bevinden en ik vraag me af hoe ik me verhoud tot deze grensvervaging. Is dit nu juist de meerwaarde van het psychoanalytische gedachtegoed, of raken we zo wel erg ver af van de realiteit van psychoanalytische behandelingen? Tot een conclusie kom ik nog even niet, de volgende presentatie van Cataline Bronstein vult me met nieuwe indrukken en sensaties.
Waar Donalds paper ging over een jongen die narcistische wonden trachtte te voorkomen door zijn lichaam in te zetten als wapen tegen een ander lichaam, beschrijft Catalina de behandeling van een jonge vrouw die agressie inzet tegen haar eigen lijf. Catalina wijst ons erop dat de term ‹pijn› inherent een duaal begrip is dat verwijst naar zowel een lichamelijke als een mentale ervaring. We ondergaan, samen met Caty, de secundaire ‹martelgang› van een behandeling met hevig zelfdestructief gedrag van de patiënte, en staan stil bij het dwingende effect van dergelijke symptomen. Verschillende hypotheses worden voorgedragen voor de specifieke overdrachtsrelatie die ontstaat. Donalds woorden ‹The goal of sadism is to control the other› blijven bij me hangen. Ik begrijp dat het gaat over macht en over angst. Angst overgeleverd te zijn aan de macht van de ander. Om de macht over Caty te behouden moet patiënte haar steeds choqueren, verlammen en tegelijkertijd ook tot specifieke actie aanzetten. Een kwellende re-enscenering van een vroege dyade in de binnenwereld van patiënte, begrijp ik. Maar, vraagt een lid van het publiek zich af, hoe praten we met patiënten die zelf juist geen woorden, maar hun lichaam inzetten om ons te controleren? Het stelt me gerust niet de enige te zijn die probeert een verbinding te leggen tussen theorie en praktijk. Donald en Cathy zijn eensgezind in hun antwoord dat, als het lukt om contact te maken met de onderliggende angst en daar woorden aan te geven, het voor de patiënt steeds minder nodig wordt om terug te vallen op agressie en sadisme. Ha. Ik adem uit. Deze conclusie kan ik volgen. Ik voel me ‹landen› op deze planeet en constateer, ja, er is nog veel nieuw voor mij, maar een alien … dat ben ik toch ook weer niet. Al met al een ervaring die smaakt naar meer. Een aanrader voor eenieder die zich graag voedt met psychoanalytische kost.
© 2009-2024 Uitgeverij Boom Amsterdam
ISSN 1382-516x
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.
Nieuwsbrief Boom Psychologie
Meld u nu aan en ontvang maandelijks de Boom Psychologie nieuwsbrief met aantrekkelijke aanbiedingen en de nieuwe uitgaven.
Aanmelden